Zondag 15 mei:

Het regent en het is 8 graden. Wel even wennen zonder het zonnetje. Als we terugrijden over de gravelweg zien we een vrouwtje korhoen en daarna nog een vrouwtje auerhoen.

Dus een goed begin van de dag. Aan de kant van de weg vliegen veel kramsvogels. Rijden via de E63/5 naar Keminjärvi. Onderweg nog een paar keer een vrouwtje auerhoen in de berm. En opeens staat daar een man auerhoen!! Wat een plaatje!! Die hebben we nog nooit gezien. We draaien de camper in de veronderstelling dat hij wel snel weg zal vliegen, maar...nee hij staat er nog. Cock kan mooie foto's schieten. Jammer dat de zon nu niet schijnt, maar we zijn er zo ook erg blij mee.

We rijden over de brug Kemijärvi binnen. Nemen de weg naar het centrum, maar dat valt tegen. Wat een trieste stad! Alleen de neushoorn van stenen maakt enige indruk op ons.

Rijden door en nemen de afslag links naar de 962. Het was even droog maar nu gaat het hard regenen. Als we bij het skigebied komen wordt het weer nog slechter.Er hangt een dichte mist. We gaan verder naar Sodankylä.  In de lucht vliegen twee sneeuwuilen! We kunnen onze ogen niet geloven, maar ze zijn het toch echt.Voordat we de stad bereiken komen we langs een camping die aan de Kitinen rivier ligt. Daar vinden we een mooi plekje aan de rivier.

Later die avond knapt het weer op en gaat zelfs de zon nog schijnen.  

Maandag 16 mei: 

We staan weer op met een heerlijk zonnetje. Het is negen graden! Er is nog steeds geen wind, heerlijk! Wat boffen we toch met dat prachtige weer. We rijden naar Sodakylä, waar we het oudste houten kerkje van Lapland vinden. Het is gebouwd in 1689 en heeft als een van de weinige de wereldoorlog overleefd.

Verder is ook hier niets te beleven en we rijden verder richting Ivalo.Onderweg is duidelijk aan de kleine berken te zien dat de lente hier nog moet beginnen. Er zit nog geen blaadje aan. We zien heel veel meren waar nog een dikke ijslaag opligt. Langs de bermen liggen nog grote bergen sneeuw.

Af en toe zien we groepjes rendieren.

In Inari rijden we langs het Holiday Village park en daar zit waarempel een sneeuwhaas op het gras. Bij de afslag naar Haapalahti gaan we linksaf( N69°04'10" E27°06'31"). Na drie km. is een vogeltoren.

De weg is smal maar geasfalteerd en er zijn inhammen om te passeren. Bij de toren zitten twee eekhoorntjes ons verbaasd aan te kijken.

Ze zijn helemaal niet schuw. We horen al gauw het geluid van de bruinkopmees. Als we boven op de toren staan zien we hem in de boomkruin zitten.

Als we weer teruglopen naar de camper zien we enkele pestvogels in de lage struiken.

Aan de waterkant foerageren twee bosruiters.

Rijden weer terug naar de E75 en na 35 km. bereiken we hotel Neljan Tuulen Tupa (N69°51'27" E27°00'48,6")waar we wat eten. Ondertussen kijken we naar de vogels die bij de feeders komen eten. Er zitten veel kepen,rietgorzen,sijsjes en enkele haakbekken bij.

Hierna gaan we riching Utsjoki. Onderweg zien we een uil op een mast zitten, maar helaas gunt hij ons geen foto. Zo'n veertig km. vóór Utsjoki vinden we een mooi plekje een stukje van de snelweg en daar blijven we vannacht slapen.Het is ondertussen bewolkt geworden. maar de temperatuur is 11 graden, dus nog aangenaam.

Dinsdag 16 mei:

Het is bewolkt en zeven graden. Rijden naar Utsjoki waar we de grens naar Noorwegen passeren. Er is geen douanebeambte te zien. Hadden we ons over de wijn dus geen zorgen hoeven te maken! Rijden langs de rivier de Tene, die afwisselend rustig en dan weer wild is. Aan de overkant ligt nog veel sneeuw op de bergen. Er steken rendieren de straat over.

Even later gevolgd door een eland.

Bij Tana Bru gaan we naar de supermarkt, maar die is gesloten! Blijkt dat vandaag de dag van de grondwet is en dus een feestdag. We vervolgen onze weg naar Nesseby

waar bij het kerkje een parkeerplaats is. Dit kerkje is het enige kerkje van Varanger dat niet is afgebrand tijdens de tweede wereldoorlog.

We lopen over het schiereiland en zien twee visotters in het water. Verder veel scholeksters, groepen eidereenden en een kleine jager.

Bij het kerkje staat een houten rek om vis te drogen. Onderweg naar Vadsö zien we wel twaalf zeearenden aan de rand van de Varangerfjord.

In Klubben worden we verrast door een optocht met fanfare vanwege de feestdag.

In Vadsö zetten we de camper bij Birders Basecamp en lopen naar een plasje verderop. Hier zien we een rosse franjepoot. In het water bij de brug zwemmen drie steller eiders tussen de gewone eidereenden. Het weer bertrekt en er valt af en toe een spatje regen. We rijden verder naar Store Ekkeroy en parkeren aan het eind van het dorp links . Cock loopt naar de kolonie drieteenmeeuwen.

Na het eten knapt het weer op en we besluiten naar Vardö door te rijden in de hoop morgen daar een boottocht te kunnen maken naar het eiland Hornoya.

Woensadg 18 mei:  

En weer staan we op met een stralende zon. Het waait wel hard, maar dat is hier heel gewoon denk ik. Om half negen koopt Cock twee kaartjes á 400kr. p.p. en om negen uur gaan we naar het eiland Hornoya. Als we er bijna zijn zien we duizenden zeekoeten en drieteenmeeuwen op het water.

Op de rotsen is het ook een drukte van belang. We zijn blij dat we onze laarzen aan hebben gedaan, want het pad is soms heel modderig. We lopen langs nestende kuifaalscholvers,

drieteenmeeuwen,zeekoeten,

enkele alken en een paar papagaaiduikers. We vervolgen het pad naar de vuurtoren, maar aan die kant is het erg rustig. We zien kleine mantelmeeuwen,

piepers ,grauwe ganzen en opeens in de lucht een giervalk.

Af en toe vliegt er een zeearend over die voor paniek zorgt bij de broedende vogels.Als we weer terug zijn aan de wal gaan we brood kopen bij de supermarkt (één stokbrood 3 euro!) Rijden terug en slaan rechtsaf naar Hamningberg. Een 40km smalle weg door een schitterend gebied.

Grillige rotsen, zanderige baaien en uitgestrekte toendra's met hier en daar veel sneeuw leveren prachtige plaatjes op.

We rijden voor het dorp, dat bestaat uit slechts een kerk, enkele huizen en vakantiewoningen, naar rechts en speuren de baai af. We zien heel ver een groepje ijseenden en zwarte zeekoeten.In de lucht een kleine en een kleinste jager. We verkassen naar de parkeerplaats richting Syltefjorden. We zien hier bontbek-en goudplevieren. Staan heerlijk uit de wind en in de zon. Goed uit te houden dus. We blijven hier overnachten. Laat op de avond komt een vos even bij ons langs.

Donderdag 19 mei:

Het wordt eentonig, want als we opstaan staat de zon weer te stralen. Het is 8 graden en windstil. De gevoelstemperatuur ligt duidelijk hoger. We gaan nog even naar het strand en daar zien we in de lucht twee baltsende zeearenden.

In een plasje zwemmen wintertalingen. Op de toendra goudplvieren en graspiepers en op zee ijseenden, grote zaagbekken en papagaaiduikers.

We gaan weer terug richting Vardö. Bij het water staan drie kraanvogels. We rijden verder door het schitterende landschap en blijven plaatjes schieten. Vooral de sneeuw op de grillige rotsen maakt het onvergetelijk!

Op een rots zit een giervalk, maar die laat zich niet rustig bekijken. Op de toendra lopen veel groepen rendieren.We stoppen na het dorp Skallelv (N70°10'14,7" E30°18'50"). Rijden de grindweg een stuk af tot aan de "only for fisherman camping" en zien meteen twee wilde zwanen.

Cock loopt de weg verder af en ziet een ijsgors en twee kemphanen. Vervolgen de weg naar Store Ekkeroy(N70°4'15,2" E30°6'14,2") en wandelen de berg op naar de broedvogelkolonie. Als we nauwelijks boven zijn zien en horen we paniek uitbreken onder de drieteen meeuwen. En ja hoor daar vliegt een giervalk. Verder doen de raven ook nog een duit in het zakje.

De arme meeuwen weten niet waar ze het zoeken moeten.We zien al witte bloemen bloeien op de kale vlakte. Er lopen kemphanen en een wulp.

Verder veel graspiepers tapuiten. Cock ziet in de verte bij het strand steltlopers en loopt er naar toe. Het is een groep paarse strandlopers.

In Vadö gaat Cock bij Birders Basecamp nog even wandelen en ziet een sneeuwhaas

en een kleinste jager. Bij de haven zit een paartje eidereenden. We rijden verder naar Nesseby en gaan bij het kerkje overnachten. Het is ondertussen bewolkt geworden en er staat weer een stevige koude wind. Het is laag water en er zitten veel steltlopers o.a. rosse grutto, bonte strandloper, steenloper, kanoet strandloper en bontbekplevieren.

Vrijdag 20 mei:

Ondanks de slechte weersverwachting schijnt de zon alweer. Het is 8 graden en de wind is hard en koud. We gaan eerst naar de vogelhutten bij het Sama Museum in Varangerboth. Er is helaas geen vogel te zien. Daarna rijden we naar Tana Bru waar we boodschappen doen en tanken.Nemen vervolgens de 890 richting Bätsfjord.Na 30 km. is een parkeerplaats en daar zien we twee temminck strandlopers. Aan de overkant broeden veel zilvermeeuwen op de rotsen. Gaan weer verder en bij de afslag naar Hoyholmen slaan we af en rijden de grindweg af tot aan de rivier de Tana. Daar is een prachtig deltagebied. Er zwemmen eidereenden en op het wad lopen goudplevieren.

In de lucht vliegen kleinste jagers.

Om ons heen bergen met sneeuw. Een fantastisch gezicht! Bij de splitsing van de 890 en 891 gaan we richting Bätsfjord en 4 km. daarvoor slaan we rechtsaf richting Syltefjorden.In de lucht vliegt een ruigpootbuizerd.

Onderweg genieten we van het sneeuwlandschap. Het is echt adembenemend.

Na tien km. komen we bij een kleine camping waar drie caravans staan. Cock loopt naar de rivier en ziet enkele koperwieken. Het is erg koud buiten, zo'n 5 graden! De wind is hard en guur.In de camper met de zon erop is het aangenaam toeven.We drinken koffie en gaan weer verder. We rijden langs bevroren meren waarop mannen ijsvissen.

Als we bijna bij Syltefjorden zijn zien we plotseling een moerassneeuwhoen. Hij zit wel veraf, maar we krijgen hem op de foto.

Verder op een meer groepen grote zaagbekken, ijseenden en eidereenden. Op het volgende meer een groep brilduikers en een paartje roodkeel duikers. Het dorpje Syltefjorden is bijna uitgestorven en er is werkelijk niets te beleven. Bovendien houdt de weg er op dus gaan we weer rechtsomkeer. Nagenietend van al het moois rijden we tot Hoyholmen waar we overnachten. De zon weet niet van ophouden.

Zaterdag 21 mei:

Als we opstaan is het licht bewolkt, maar wel al 11 graden. We nemen de weg terug richting Tana Bru waar we vóór de brug links aanhouden naar Kirkenes. We rijden nu aan de andere kant van de Varangerfjord. Na dertig km. steekt een vos, met een prooi in zijn bek, de weg over. Op een picknickplaats bij een schitterende baai vliegt een koppel blauwborsten.Er bloeien roze(rode steenbreek) en witte(gletsjer boterbloem) bloemetjes.

We rijden door de toendra met lage kromgegroeide berken en wilgenstruiken. De wilgenkatjes worden al geel en de berken hebben al veel groene blaadjes. Ondertussen is de temperatuur al opgelopen naar 16 graden! We rijden Kirkenes binnen en kopen brood. Verder is er niet veel moois aan dit dorp. We nemen de 886 naar Grense Jacobselv. Het eerste stuk is al een brede weg, die straks de 105 gaat heten. Bij de grens naar Rusland slaan wij linksaf en komen op een geasfalteerde smalle weg met af en toe gaten en kuilen.

In de lucht twee ruigpootbuizerds. Na 44 km. wordt het een gravelweg, maar goed te rijden. Na 10 km. komen we bij een drukke parkeerplaats. We zetten de camper neer en zien op de Barendszee groepen eidereenden, zwarte zeekoeten, ijseenden en aalscholvers. We wandelen en zien weer een koppel blauwborsten.

er bloeien gele viooltjes in het zand.

Het is nog steeds schitterend weer, alhoewel de wind hier wel fris is. We blijven hier overnachten.  's Avonds zwemmen er drie visotters voorbij. Het is tot laat erg druk op de parkeerplaats.

zondag 22 mei:

Het regent en het is koud. Als we dezelfde weg terugrijden zien we een sneeuwhaas over het gras rennen. Het is een heel ander gezicht de toendra in de regen.

Alles doet triest aan terwijl het gisteren zo mooi was. Ook het stenen kerkje uit 1869 van Grense Jacobselv ziet er grijs uit.

Als we weer op de asfaltweg zijn zien we een moerassneeuwhoen aan de kant zitten. Even snel is hij over de heuvel verdwenen. Langs de kant van de weg is een grote waterval.

Verder zien we een houtsnip in de berm. Gaan naar de camping in Skipagurra om te internetten. Het is geen geweldige camping, maar we doen het er maar mee.

maandag 23 mei:

We worden al vroeg gewekt door de zon. Daar hadden we niet op gerekend na de weersvoorspelling gisteren. Het is weer stralend blauw en we beginnen de dag met 13 graden! Gaan eerst naar Tana Bru om boodschappen te doen en vervolgens rijden we richting Alta via de 98. Op het eerste stuk zijn wegwerkzaamheden en die zorgen voor lastige hobbels en bobbels. Daarna is de weg geasfalteerd, maar vaak met kuilen en scheuren. Na Vestertanafjord komen we weer in een geweldig landschap met veel sneeuw en bevroren meren.

Adembenemend mooi! Af en toe een huis of een dorpje, maar verder leeg op af en toe een rendier na.

De temperatuur is ondertussen opgelopen naar 20 graden! De weg is nieuw en super strak.Er lopen veel kuddes rendieren.

De fjorden die volgen zijn soms klein, dan weer enorm groot. Maar altijd fantastisch om te zien. We zien een rek waarop vis te drogen hangt.

Ook de rivieren met al het smeltwater zijn spectaculair. Ze banen zich een weg door het geweldige landschap. We stoppen bij het natuurreservaat Rodines. Kijken op een van de hoge rotsen die daar in de loop van de jaren ontstaan zijno.a. De Munkavarri zo'n 380 millioen jaar geleden.

Vervolgen onze weg tot aan de camperplaats aan de Porsangen Fjord. We staan er met vier nederlandse campers! Het wordt opeens helemaal bewolkt en het gaat hard regenen en het houdt de hele avond en nacht niet meer op.

dinsdag 24 mei:

Als we opstaan regent het nog steeds. Het is 7 graden.We vertrekken richting Alta. De mooie fjord van gisteren is nu grijs en grauw. Opeens roept Cock:"Er staan twee elanden in de tuin!" Hij draait zo snel als het kan en ja hoor moe eland met jong.

Ze laten zich maar even bekijken en springen dan over het hek riching bos. Even later zien we aan de waterkant van de fjord een aantal meeuwen en scholeksters broeden in nestkistjes op palen!

In Alta tanken we lpg en diesel. Gaan daarna naar het ALTA Museum. Daar zijn rotstekeningen te zien van de oude Samen, die in 1973 werden ontdekt en in 1985 op de UNESCO Wereld Erfgoed Lijst zijn geplaatst. De tekeningen tonen een selectie uit de dierenwereld: rendieren, elanden, beren, honden, wolven, vossen, hazen, ganzen, eenden, zwanen, aalscholvers, heilbot, zalm en walvissen. Ze zijn tussen de 2000 en 6000 jaar oud.

Gelukkig is het weer opgeknapt en komt de zon weer te voorschijn. Het is nu 13 graden. Kunnen dus de rotstekeningen, die buiten zijn, met droog weer bekijken. Vervolgen onze weg naar de 93 richting Kautokeino. Deze weg gaat bij Alta naar beneden dwars door het verworven land van de Samen. Het is een schitterende weg langs fjorden, meren en snelstromende rivieren. Soms klimmen we tot 400 meter. Er ligt op de bergen nog af en toe veel sneeuw en dat zorgt voor de nodige mooie plaatjes.

We pauzeren op een mooie picknickplaats en horen en zien de watersnip in de lucht. Even later vinden we een schitterende plek aan een waterval.

Hier blijven we overnachten. Er zitten koperwieken in de bomen. De zon schijnt weer en het er aangenaam toeven.

woensdag 25 mei:

Het is bewolkt met af en toe een zonnetje en 10 graden.Onderweg zien we dat de regen van gisteren veel sneeuw heeft doen smelten. De heuvels zijn nu kleurloos met kale,kromme en kleine berken. We houden de Kaukokeino-rivier aan onze linkerkant. De rechterkant is toendra met riviertjes en meren. Opeens ziet Cock een moerassneeuwhoen in een berkenboom zitten. Hij draait snel de camper en rijdt terug. Hij zit er gelukkig nog en Cock kan hem op de foto zetten.

Als hij dichter bij wil fotograferen vliegt hij onder luid protest weg. Elke keer is het zien van zo'n schitterende vogel weer een feestje! Houden koffiepauze op een camperplek van campercontact, maar die van ons vannacht bij de waterval was veel mooier. Internetten nog met de router. Het signaal is te zwak om de website bij te werken, maar de mails kunnen we wel binnenhalen. Passeren bij Kaaresuvanto de grens en zonder controle rijden we Zweden binnen bij Karesuando. Nemen de E45 en rijden weer door dennenbossen met aan weerskanten meren en toendra.

Bij Ovre Soppero vinden we Naturrastplats Ryssäjoki (N68,153040 E21,783380) en dat vinden we een mooie camperplek.Er is een vuurplaats en het hout ligt al klaar.Ook zitten er een paartje bosruiters, waarvan een in een boom.

Wij hebben schitterend weer. De zon heeft alle wolken weer weggeblazen en staat te stralen aan de hemel. De wind is ook gaan liggen en het is 14 graden. Als dat niet ideaal is? Als we nog even een wandeling gaan maken zien we in de top van een hoge den een vogel zitten. Als we met de verrekijker kijken zien we dat het een sperweruil is. Gelukkig heeft Cock zijn camera bij zich en kan hij weer mooie plaatjes schieten.

We blijven hier overnachten.

donderdag 26 mei:

Het is bewolkt, maar er zijn ook grote blauwe openingen te zien aan de hemel. De zon komt er af en toe door heen. Het is al 10 graden. Rijden verder op de E45 richting Gällivare. De weg is af en toe heel slecht met veel hobbels en sporen. De meren zijn soms gigantisch groot, maar er zit geen vogel op. Jammer! In Gällivare lunchen we bij de chinees van het dorp. Vlak voor Porjus nemen we de weg naar rechts om langs Stora-Lulevatten te rijden. Dit is een langwerpig meer in een natuurreservaat. We pauzeren bij de rivier die bij de brug erg wild is. Als we weer teruggaan zien we in de berm een mannetje en een vrouwtje auerhoen. Bij de poolcirkel stoppen we even om een foto te maken

en vervolgen onze weg tot bij Moskosel waar we aan een zeer brede wildwaterrivier een fantastisch plekje vinden om te overnachten (N65,951620 E19,5208300). Als je van het noorden komt ga je vóór de brug rechtsaf en rij dan door over de gravelweg tot ongeveer 800 meter en je vindt echt schitterende plekjes aan het water. Dit is weer genieten.

De zon schijnt nog steeds en zal dat ook blijven doen.

vrijdag 27 mei:

We hebben alweer schitternd weer en we blijven nog even genieten van het plekje. Na de lunch rijden we weer verder op de E45. Onderweg zien we moeder eland en haar jong op een grasveld staan. Verder veel rendieren langs de weg.In Avidsjaur kopen we een datakaart voor de router (395 kronen). Het dorp ziet er modern en netjes uit. Het is windstil en de meren zijn als een spiegel.

De weerspiegelingen zijn grandioos. We zien steeds hoge graspollen in het veld. Ze hebben een grappige vorm. Bij een huis onderweg stond een pop gemaakt met pollen.

We rijden in Sorsele naar de eerste Skibbikkudden (N65,579200 E17,52 700) maar die was te zanderig en te klein. Rijden 18 km. verder en vinden een vis- en campingplaats Kraddsele (N65,692600 E17,302480) waar je fantastisch aan het water staat en op een vlonder zetten we onze stoelen neer en genieten maar weer van het geweldige weer en de natuur.

zaterdag 28 mei:

Weer mooi weer met aanvankelijk 13 graden later oplopend naar 18! We rijden na een rustige nacht eerst terug naar Sorsele. Voor het eerst zien we een hert de straat oversteken. Doen boodschappen in Storuman, een lelijk dorp met veel leegstaande winkels. De E45 is af en toe heel slecht en opeens gaat hij over op gravel! Gelukkig moeten wij rechtsaf. We gaan namelijk "de Wildernisroute" rijden. Er zijn onderweg genoeg stopplaatsen dus we zien wel hoe lang we er over doen. We kunnen trouwens maar tot de pas komen op ongeveer 125 km. daar de pas verder nog is afgesloten tot 6 juni. Misschien komen we nog eens in de buurt.We kijken onze ogen uit. Het is, zeker door de sneeuw, weer een adembenemend schouwspel van water, bergen en sneeuw.

Ook de zon speelt zeker een rol daarin. Onderweg zien we schitterende watervallen.

We klimmen tot 750 meter en moeten dan helaas omkeren. Vinden weer een mooi plekje bij de rivier en genieten van het mooie weer en het geluid van het snelstromende water op de achtergrond.

zondag 29 mei:

De zon straalt alweer en het is om 9 uur al 13 graden. We rijden terug naar de E45 die we na 60 km. bereiken. Onderweg hebben we nog een sneeuwhaas gezien die al aardig bruin geworden was. Doen boodschappen in Vilhelmina en rijden daarna door naar Dorotea. Hier gaan we vandaag op camping Doru staan. Dus wordt er gewassen en opgeruimd. Verder zitten we lekker in de zon. Het is meer dan 20 graden!

maandag 30 mei:
Het is nog warmer dan gisteren . De dag begint al met 15 graden. We rijden richting Ostersund en gaan eerst in Strömsund naar een electronicawinkel om het datakaartje te laten controleren. Er is inderdaad iets fout gegaan, maar nu werkt alles weer. Stoppen onderweg regelmatig om te wandelen en te vogelen.

Rijden tot in Svenstavik waar we een mooi plekje bij een meer vinden. Hier blijven we vannacht staan.Het is vandaag weer meer dan 20 graden.

dinsdag 31 mei:

Weer stralende zon en 16 graden! Het eerste stuk is de E45 en schiet lekker op. Daarna gaan we naar de 315 en wordt het landelijker. In Vemdalen zien we een mooie kerk.

Als we de 84 opdraaien wordt het landschap nog ruiger en de dorpen minder. Er staat geen zuchtje wind en de weerspiegelingen op de meren blijven prachtig. We rijden door een skigebied met veel liften en skipistes.

We zitten op een hoogte van 600-800 meter. Bij Linsell gaan we naar de 502 en is de weg éénbaans met uitwijkmogelijkheden. De natuur is er prachtig. Het is 26 graden onderweg! We passeren zelfs een bord met overstekende beren!! Jammer genoeg blijft het daarbij.Op 850 meter zien we een eland bij een meer. Hier zijn de bomen nog nagenoeg kaal en begroeid met donker korstmos.

We horen veel kepen krassen.Op de achtergrond nog steeds sneeuw op de bergen. Op de 311 rijden we door het natuurreservaat Stadjan Nipfället. De weg is af en toe erg slecht met hele stukken gravel. Maar met een stralende zon is het hier schitterend.

We gaan naar camping Söralvens Fiske Camping $ Stugby in Idre. We vinden een plekje aan de rivier. Zitten tot laat buiten. Er komt nog een rendier voorbij wandelen.
 

woensdag 1 juni:

Vandaag is het erg warm en dus een dagje rust op de camping in afwachting van Jelle en Coby die ook een paar dagen deze camping aandoen.

donderdag 2 juni:

Gaan met Jelle en Coby een dagje vogelen in de buurt van Idre. Om 9 uur rijden we eerst naar de Nipfjället. Dit is een van de meest toegankelijke bergen in Zweden. Je kunt er met de auto komen tot 1000 meter hoogte. Daar zijn trappen om het hoogste puntje te bereiken.

We hadden weer prachtig weer en hebben gewacht op de morinelplevier. Dat wachten heeft zin gehad. We zagen er twee! Ook waren er een tiental goudplevieren. Verder boompiepers, kepen,tapuiten, brilduikers en grote zaagbekken. Halverwege hebben we een stop gemaakt om naar de taigagaai te zoeken, maar tevergeefs. Wel heeft Jelle er enkele plantjes kunnen noteren o.a. wolfsklauwen en alpenazalea,

bloeiende rode bosbessen en dwergberken. Op de bomen groeien baardmossen.

Zwart als ze oud zijn en groen als ze jong zijn.Ook zit er een mooi insect op de auto.

Daarna zijn we tot de skipiste gereden, maar daar viel niet veel te beleven. In het dorp hebben we boodschappen gedaan en een bezoek aan de VVV gebracht. Ondertussen is het mooie weer verandert en is de lucht donker en dreigend geworden. Er vallen later ook druppels, maar het zet niet door. We gaan met z'n vieren gerookte zalm eten, die ze op de camping zelf hebben gerookt, met aardappelsalade. Het is heerlijk,

maar een kilo zalm is voor ons vieren te veel. Zijn we ook al weer klaar voor morgen. Kunnen 's avonds weer lekker buiten zitten.

vrijdag 3 juni:

Mogen nog een dagje met Jelle en Coby mee. We gaan eerst naar de Nipfjället. Op de berg staat een beeldje van de Nipgubben, de trol die iedereen welkom heet en een fijne tijd op de berg toewenst.

Halverwege de top stoppen we en meteen ziet Jelle een alpensneeuwhoen. Even later luidroepend gevolgd door een tweede. Ze vliegen op en weg zijn ze. Maar wat een goed begin van de dag!

Voor ons allen een nieuwe soort. We zien nog enkele bloeiende plantjes o.a. toendra-dophei. We gaan naar de top. Daar waait een venijnige wind.Gelukkig schijnt de zon erbij. We zien goudplevieren, brilduikers, stormmeeuwen en boompiepers. Op aanraden van de eigenaars van de camping gaan we vervolgens op zoek naar korhoen en waterspreeuw. We nemem de weg langs het natuurreservaat Längfjället aan de linkerkant en Stadjan Nipfjället aan de rechterkant van de weg. De rivier Osterdalälven stroomt erdoor. De weg is heerlijk rustig en je kunt bijna overal stoppen. Bij de brug over de rivier zien we een waterspreeuw. Hij vliegt rond met zijn bek vol. Dus zal er wel een nestje in de buurt zijn.

Vooral als er nog een tweede vogel wordt gezien zoeken we de kanten af, maar het is niet te vinden. We gaan verder maar een korhoen of ander hoen is er vandaag niet bij. Wel zien we een grote lijster en een regenwulp.Aan de kant van de weg zien we in de houten telefoonpalen allemaal gaten gemaakt door spechten die daar in de winter sparrenappels in spiezen en vervolgens de zaden uit eten. Dit noemen ze een smidse! Onder de palen ligt het bezaaid met lege sparrenappels.

We rijden terug via de 311 . Terug op de camping nemen we een lekker glaasje wijn en eten pasta met....zalm natuurlijk. Heerlijk! Lopen 's avonds de weg vanaf de camping af en zien bossen vol rendiermos.

Verder veel stenen met de mooiste kleuren kortmossen. Verder weer enkele bloemen o.a. zevenster, grasanemoon, lavendel-dophei

en boskattestaart.Ook liggen er mooi stenen begroeid met korstmossen.

zaterdag 4 juni:

Vandaag scheiden onze wegen. Zij gaan een klein stukje naar het noorden en wij zakken af naar het zuiden. We hebben weer mooi weer, al is de wind 's ochtends nog fris. We nemen afscheid van Jelle en Coby en nemen de 70 richting Mora. Rijden langs het Siljanmeer. In Alvdalen staat een mooie kerk.

 Bij Siljansnäs komen we een wielerronde tegen. Gelukkig rijden ze aan de andere kant van de weg. Het zijn er meer dan duizend! Bij Leksand gaan we rechtsaf richting Borlänge. Onderweg zien we bij een parkeerplek een oude watermolen.

Tevens staan er allerlei bloemetjes te bloeien. Vanaf Borlänge rijden we de 50 richting Orebro. In de bermen staan veel lupines te bloeien.

En we zien schitterende weiden vol met bloeiende boterbloemen.

In Lindenberg vinden we een schitterende camperplek ( N59,587040 E 15,238230)aan het bos en dicht bij de rivier. Nieuw aangelegd met een nieuw sanistation. Kunnen van een rustige avond genieten met een heerleke temperatuur.

zondag 5 juni:

Het is weer stralend weer. We beginnen de dag met 14 graden en een frisse wind.We rijden via de 50 naar Orebro. Daarna naar het Naturreservatet Kvismaren. Dat ligt zo'n 15 km. van de stad af. Je maant je meteen in een boerenlandschap met schitterende bermen met bloeiende lupines en pek-anjers.

Zetten de camper op het parkeerterrein bij Oby Kulle ( N59,17771 E15,37640)en lopen naar de eerste vogelhut. Daar is niets speciaals te zien en als er een gezin met twee kleine kindjes binnenkomt zijn wij weer snel vertrokken. Buiten de hut is het veel interressanter. We zien veel grauwe ganzen met jongen. In het riet rietgors en grote karekiet, in de struiken grasmus en gele gors.

De blauwe libelles zijn erg actief in het gras.

We lopen naar de andere kant van het kanaal. Daar is een platform en een vogeltoren. Het is een schitterend gebied met riet, zegge en gele lis.

In het water zwemmen grauwe ganzen, meerkoeten, roodhalsfuten met jongen, krakeenden,doodaartjes, futen en knobbelzwanen. In de lucht visarend,

bruine kiekendief en buizerd. In de boom voor de toren zit een grote bonte specht met jongen in het nest. Op de grond bloeien lelietjes van dalen. Als we terug lopen zien we sporen van bevers aan de bomen die op de grond liggen.

Aan de kant van de weg verschillende groepen bloemen o.a.gele morgenster, ereprijs en zilverschoon.Na de lunch vervolgen we onze weg. Onderweg zien we een paartje kraanvogels met twee jongen.

We rijden via Katrineholm en Norrkoping naar Gamleby waar we bij de haven weer een mooi plekje vinden. Het is nog steeds mooi weer met een temperatuur van 20 graden.

maandag 6 juni:

Voor het eerst is het om elf uur donke geworden. Slaapt heerlijk! Worden uitgeleide gedaan door pa en ma stormmeeuw met twee jongen. Een schattig gezicht die twee donsballetjes. We gaan naar de E22 richting Kalmar. Dat is een langgerekte weg waar je af en toe honderd mag en bij elke kruising moet afremmen tot zeventig en bij elke bebouwing tot vijftig. Er staan camera's dus iedereen houdt zich netjes aan de snelheid. Wel een beetje saai. Bij kalmar duiken we nog even de Lidl in voor wat boodschappen en dan rijden we over de brug naar Olland. Het is weer schitterend weer alleen de wind is weer fris. We gaan eerst naar de toeristeninformatie om de nodige kaarten op te halen. Rijden daarna via Algutsrum naar Gräborg. Onderweg wandelen we in het natuurreservaat van Arontorp, maar daar is alles uitgebloeid. We rijden door en bekijken bij Gräborg de ruïne van een middeleeuwse kapel en enkele resten van muren uit die tijd. Er zijn weiden met orchdeeën o.a. de welriekende nachtorchis,vleeskleurige orchis, gevlekte orchis en grote muggenorchis.

Verder knolspirea, akelei en ratelaar. De universiteit voert experimenten uit met de nachtorchis. We rijden door via Norra Möckleby naar Gärdby en slaan bij St. Brunneby rechtsaf naar Möckelmossen. Hier maken we een wandeling over de Alvaret. Alles is gortdroog en de planten die er bloeien hebben het heel zwaar. Er groeit knolspirea, scherpe muurpeper, blaassilene en engels gras.We zien heel veel tapuiten. Het is lekker rustig en we blijven hier overnachten.

dinsdag 7 juni:

Het is weer mooi weer al waait het stevig. Het is al gauw 14 graden en in de loop van de dag loopt het op naar 23 graden!! Vandaag gaan we eilandhoppen. We rijden eerst naar Remo waar we de eerste drie molens van een hele reeks op de foto hebben gezet.

In de middeleeuwen stonden er 2000 stuks op het eiland, nu zijn het er nog 400. We gaan verder naar het natuurreservaat Eckelsudde.

We zien hier een moeder zeehond met jong. Lopen naar het vogelplatform en kijken uit op een schitterend wad met kluten, bergeenden, kieviten, grauwe ganzen, bergeenden en wilde eenden allen met jongen. Verder zwarte ruiters, kemphanen, bontbekplevieren

, wintertalingen,tureluurs, bonte strandlopers en broedende noordse sterns.

Onderweg rijden we langs hele velden met klaprozen. Bij Albrunna Lund maken we een wandeling. We rijden door naar Ottenby waar we pauze houden bij vuurtoren de lange Jan. Er zijn geen nieuwe soorten vogels te zien. Het is erg druk met toeristen. Vervolgens volgen we enkel punten van de Fägelvägen ofwel Vogelweg. Hier kom je langs belangrijke punten op het eiland. Het eerste is de Eketorps Borg, een burcht uit de middeleeuwen die in 2012 is gerestaureerd. De muren en gebouwen zijn opgebouwd uit rechthoekige stenen die op elkaar gestapeld zijn. De daken zijn bedekt met riet of natuurlijke dakbedekking.

Daarna bezoeken we het pitoreske vissersplaatsje Gräsgärd Hamn. Langs de route komen we door veel boerendorpjes met kleine boerenhuisjes. In de weilanden staan veel menhirs.

We nemen de weg naar rechts naar Kärehamn en vinden daar een schitterende camperplek met keurige wc en douche voor 140 kronen.Super voor een lekker nachtje.

woensdag 8 juni:

Het is al warm in de camper als we om acht uur opstaan. Als we vertrekken om negen uur is het 19 graden! Ons eerste natuurreservaat is Petgärden och Djurstad träsk. Maar er staat geen water dus ook geen watervogels.Wel zien we een paartje kneuen en wat mooie vlinders.

In de weilanden staat veel hauwklaver

en ook veel orchideeënen wilde weit

We rijden verder naar Lilla Horns Löväng. Daar kijken we onze ogen uit. Hele weilanden vol ratelaars, gevlekte orchis, muggen orchis,rolklaver, wateraardbei, dalkruid,hengel en ogentroost.

Een grote bonte specht slaat alarm als we te dicht bij zijn kroost komen. Ondertussen wordt het helemaal donker en beginy het hard te waaien. We gaan naar Böda Hamn en daar is het koud en waaien we uit ons hemd! De temperatuur is gedaald naar 12 graden!! Er zijn geen vogels te zien op het water en we besluiten danook niet de noordelijke punt te ronden. We zakken af naar Byrum en vandaar naar de kust. In het bos dicht bij het strand staat knikkende anemoon,

lelietjes van dalen en het bosvogeltje.

Even verder in Byrum Raukar zien we de enige kalkriffen die Oland rijk is.

Er staan ongeveer 120 kalksteenzuilen in dit gebied waarvan de hoogste 4 meter is. Rijden nog naar Horns Kungsgärd, maar de vogeltoren was er niet meer alleen koeien, kalfjes en een grote stier in de wei!!De enigste vogel die zich laat zien is een grauwe vliegenvanger.

We gaan verder via een smalle kustweg. Bij Gilberga slaan we linksaf en rijden via de 136 naar Sandvik waar we op een camperplek aan de vissershaven een mooi plekje vinden.Na het eten wordt de lucht weer blauw, maar de wind blijft hard en fris.

donderdag 9 juni:

 Als we wakker worden schijnt de zon alweer volop. De lucht is blauw en we kunnen weer beginnen aan een nieuwe dag. We zien in de bermen zilvergrijze planten staan, maar ze bloeien nog niet.Komen we later op terug. Ons eerste doel is Knisa Mosse. Een natuurreservaat met veel orchideën

o.a. keverorchis en welriekende nachtorchis beiden uitgebloeid, vliegenorchis en gevlekte orchis.

Verder vetblad.

We lopen naar de vogeltoren en horen en zien drie kraanvogels die elkaar onder luid protest achterna zitten.Ook vliegt er een grauwe kiekendief voorbij. In Borgholm rijden we door het centrum. En daarna door naar de ruïne van het slot Borgholm.

Onze volgende stop is het natuurreservaat Halltorps Hage. We maken een rondwandeling en lopen door een bos met oeroude eikenbomen. Er bloeien nog veel planten o.a. wilde weit, lelietjes van dalen, dalkruid,

gevlekte orchis, salomons zegel en als klap op de vuurpijl: Venusschoentje!! Jammer genoeg wel uitgebloeid, maar dat we haar gevonden hebben is al heel uniek.

Het is ondertussen weer bewolkt geworden en we rijden door over de brug naar Kalmar. Nemen de E22 richting Malmö en stoppen bij de parkeerplaats Bröms in Torsäs. Tot onze verbazing komen we daar Jelle en Coby tegen die koffiepauze houden. Hoe toevallig kan het zijn. We wisselen gegevens uit en zij rijden door en wij blijven hier overnachten.
vrijdag 10 juni:

We vervolgen de E66 richting Karskrona. Bij Kristianopel slaan we af naar Torhamns udde. In Torhamn pauzeren we bij de haven. Er komt plotseling een flink onweer opzetten en voor we er erg in hebben knallen dikke hagelstenen tegen de camper aan.In korte tijd is de grond wit van de hagel. Als het grootste geweld over is rijden we door naar Kristianstad. Onderweg besluiten we dat het weer te slecht is om het natuurreservaat in Kivik te bezoeken en we rijden door naar Trelleborg. Daar staat ons een onaangename verrassing te wachten: we kunnen vandaag en ook niet morgenochtend met de boot over naar Duitsland. Dus terug naar Malmö en over de brug en door de tunnel (108 euro!) Wel een aparte ervaring! Na de tunnel komen we in een fikse file terecht door wegwerkzaamheden. We hebben een camperplek in Ringsted uitgezocht en dat is gelukkig niet zo ver meer. Het is een geweldig mooie plek bij een sportcentrum met speciaal voor campers gereserveerde plaatsen met stroom en ook nog gratis! Hier kunnen we rustig bijkomen van de lange reis van vandaag en lekker slapen.

zaterdag 11 juni:

Het is weer mooi weer als we opstaan. We gaan naar Odense via de schitterende brug over de Storebelt naar Kolding. Daar slaan we af naar Flensburg om in Friederichstadt de camperplek te bezoeken. Daar is het onwijs druk. We schrikken er van. Zelfs om twaalf uur is het al bijna vol! We zoeken een plekje en brengen 's middags een bezoek aan het stadje. Een oud hollands stadje met gevelhuizen, een kerk met nederlands opschrift en een gezellige winkelstraat.Tegen de avond trekt het dicht en wordt het koud.
zondag 12 juni: