Zaterdag  1 februari:

Het is zwaar bewolkt en het heeft geregend. We wachten op beter weer om te gaan fietsen. Als het ’s middags opklaart fietsen we eerst naar Armacao de Pera. Daar zijn ze het gebied met bulldozers aan het bewerken en leggen een reeks van lagunes aan.

 

Er zitten al veel wintertalingen en meer-koeten.

 

Er groeien op de duinen planten zoals zeevenkel, dahlia, strandnarcis, zeerupsklaver en zeeraket. We fietsen het fietspad verder af en komen uit bij Carveiro. Dit is een grote plaats met veel hoogbouw. De veelal gesloten hotels en appartementen doen niet erg gezellig aan.

 

Ook missen we de vele strandtentjes. Fietsen met de wind in de rug terug  en maken een tussenstop aan het strand van Praia Galé om een wijntje te drinken.

Zondag 2 februari:

Als we opstaan is het al zonnig. We gaan na de koffie richting Albufeira. Na zeven kilometer fietsen we het stadje binnen langs de haven. Er zijn nog veel kleine klinkerweggetjes en soms gaan die erg steil omhoog.

 

Er is zelfs een lift om op het strand te komen. Wij gaan twee roltrappen omhoog met de fiets! Is weer eens wat anders. Zoeken een eettentje waar we heerlijke vissoep eten. Drinken met een Duits stel van de camperplek nog koffie onderweg. Erg gezellig.

maandag 3 februari:

 

De dag begint goed. De zon staat te stralen aan de blauwe hemel. Dat betekent: wasdag!! De buurman zegt dat het weer later op de dag slechter wordt, dus ga ik snel aan de slag. Tegen twaalf uur is alles droog en kan de kast weer in. Een lekker gevoel! Gaan later in de middag, het is nog wel droog maar bewolkt, een wijntje drinken bij de bar om de hoek. Heerlijk!

Dinsdag 4 februari:

We vertrekken richting Castro Verde. Voorbij Santana de Serra nemen we de N 393. We rijden door een schitterend gebied met veel kurkeiken. De kurk ligt opgestapeld op het erf.

 

De zon schijnt voorzichtig, het waait wel weer flink. Bij Gomes Aires steken we door naar Almodovar. Het is lekker rustig op de weg en we kunnen stoppen waar we willen. We zien veel blauwe eksters en op de draden zitten zuidelijke klapeksters. Aan ooievaars geen gebrek. Soms staan er wel twintig bij elkaar. Op alle palen zie je wel een nest. Soms ook op oude boomstronken. Bij Almodovar nemen we de N2 richting Castro Verde om na ongeveer 6km. af te slaan naar Porteirinhos. Dit dehesa gebied is werkelijk wonder mooi. We turen de velden af  naar trappen, maar tevergeefs. Wel zien we opeens een grote arend ik denk een steenarend.

 

Nemen de binnenweggetjes naar Lombador, Sete, Figueirrinha,Guerro, Viseus en Santa Bárbara de Padroes. We zien drie keer een groep grielen opvliegen. In enkele meertjes zitten wilde eenden en krakeenden. De velden zijn weer wit van de kamille

 

afgewisseld met struiken met wittencistusroosjes.

 

Hoe dichter we bij de camping van Castro Verde komen hoe slechter het weer wordt. Het waait hard en het begint ook nog te regenen.

 Woensdag 5 februari:

Het heeft bijna de hele nacht geregend. We gaan vandaag weer verder. Eerst even boodschappen doen bij de Intermarché en daarna nemen de IP2 richting Beja. We stoppen nog even bij Entradas en gaan bij de watertoren de omgeving bekijken. Niets te zien. Onderweg naar Beja rijden langs veel ingezaaide akkers.

 

Het tweede stuk van de rit naar Evora wordt gedomineerd door olijfboomgaarden. Heel veel jonge aanplant van olijfbomen, maar ook statige oude olijfbomen.

 

De ondergrond vaak voorzien van witte en gele bloemetjes. De weg wordt steeds onderbroken door niet afgebouwde viaducten met zeer slecht wegdek ernaast. Of die ooit zullen worden afgemaakt? Het ziet er niet naar uit. In Portel zien we een gigantisch kasteel omringd door een dorp met witte huisjes.

 

Na Evora verandert het landschap. Het wordt heuvelachtig. Elk dorp ligt op een heuvel en heeft vaak  een kasteel . Bij de camping in Evoramonte worden we door de Nederlandse eigenaar zeer vriendelijk ontvangen. We krijgen een prima plekje en tot ieders verbazing komt even de zon door.

 

Donderdag 6 februari:   

Na de hele nacht regen en nu een bewolkte lucht vertrekken we weer. Via Estremoz rijden we naar Portalegre. De Garmin stuurt ons over kleine maar mooie weggetjes.

 

Soms wel erg smal en gelukkig erg rustig, want met al die stenen muurtjes moet je niemand tegenkomen. Maar mooi blijft het! De weilanden staan vol met kurk-en steeneiken. Soms bezaaid met bloeiend koolzaad, kamille of gele lupines.

 

Het barst van de ooievaars, die ook vaak hun nest in een boom hebben of op een oude boomstronk. Het was even droog maar nu begint het weer te regenen en dat gaat over in hoosbuien met harde windvlagen. Af en toe is het zicht erg slecht! Bij Portagem komen we weer op de grote weg. We slaan af bij Castelo de Vide om een camperplek te bezoeken aan het stuwmeer Baragem da Póvoa.Het stuwmeer is omgeven door mimosabomen die in bloei staan. Jammer van het weer, misschien wordt het morgen beter.

Vrijdag 7 februari:

Na een nacht met regen schijnt nu de zon. Kunnen we zien dat het meer omgeven is met allemaal mimosabomen die op het punt staan tot bloei te komen. De camperplek is super. Je kunt je wc. Legen, vers water innemen en water lozen. Er is zelfs een schoon toilet. En dat allemaal voor niets!Het mooie weer is van korte duur. Ja hoor! Het begint alweer te regenen. We rijden langs de andere kant terug naar Castelo de Vide. Een mooie weg. Aan het eind nemen we de afslag naar links naar Alcántara.

 

Bij het toeristenbureau (het eerste dat open is!) horen we dat alle campings dicht zijn. Maar volgens de vriendelijke juffrouw mogen we overal staan. Misschien het beste bij het klooster, zegt ze. Ook beveelt ze een bezoek aan aan de romeinse brug

 

richting Portugal en aan de overkant een mirador en een natuurlijk zwembad. We beginnen met de brug en nemen de afslag naar de mirador en het zwembad. Bij het zwembad vliegen wel tien vale gieren en monniksgieren rond.

 

Een prachtig gezicht. Rijden terug naar het stadje en gaan richting klooster. Daar aangekomen zien we dat de plekjes niet geschikt zijn voor een verblijf met een camper. Dan moeten we via hele smalle steile straatjes weer uit het stadje te komen. Dat is soms passen en meten en ook een beetje zweten! Maar het lukt en omdat het alweer regent gaan we naar de mirador om daar de nacht door te brengen.

Zaterdag 8 februari:

Het heeft alweer veel geregend deze nacht. Nu is het weer droog, maar helemaal bewolkt. We rijden terug naar Alcántara richting Cáceres. Bij Brozas nemen we de EX 302 naar Herreruela. We zien twee kraanvogels in het weiland. 

 

Even later vliegen twee groepen van vier kraanvogels over. Bij de nieuwe brug over de Río Salor slaan we af en rijden over de oude brug naar de overkant. Dit moet een goed plek zijn voor gieren. Door het slechte weer zien we er twee!

 

We steken de N521 over  richting Alburquerque.  We zien twee slangenarenden over vliegen. Bij het stationnetje van Herreruela is niets te zien. We besluiten om te draaien en meteen naar Cáceres te rijden.  Opeens zien we een grote groep edelherten.

 

Wel vijftig!! Een geweldig gezicht, de mannetjes met enorme geweien.

 

Langs de N 521 staan twee kraanvogels onder een boom. We horen onze eerste wielewaal zingen. Er vliegen twee hoppen voorbij. Bij Malpartido de Cáceres  zien we wel zeventig ooievaarsnesten  die allemaal bezet zijn. Het is erg rustig bij de camping in Cáceres. Zou dat aan het weer liggen? We kijken naar de 5 km. op de Olympische Spelen en zien Sven goud winnen en Jan zilver en Jorit brons. Wat een prestatie!

 

Zondag  9 februari:

Het is heel slecht weer. De hele nacht heeft het gestormd. We lagen te shaken in de camper. Tussen de buien door gaan we naar het Foodhouse in Cáseres. Dat is een internationaal wokrestaurant waar je voor € 14.95 all inclusive kunt eten. Nou het was werkelijk heerlijk en ontzettend uitgebreid. Natuurlijk weer veel te veel! Verder genieten we van de olympische spelen en in het bijzonder van Iren met haar gouden medaille.

Maandag 10 februari:

 

Vanochtend regende het nog, maar het klaart op! Hadden ze ook voorspeld! We gaan een rondje Extremadura rijden. We beginnen met de N521 richting Aliseda. Bij Malpartida de Cáceres stoppen we nog even om de vele nesten ooievaars van dichtbij te bekijken.

 

Bij Aliseda nemen we de EX 303 om na een paar kilometers linksaf te slaan de CC 140 op. De weg is het eerste stuk heel goed te rijden. Wel erg smal. Zien twee vale gieren in de lucht. De omgeving is prachtig met kurk-en steeneiken.

 

Veel blauwe eksters vliegen van boom naar boom.

 

Het laatste stuk van de weg is slecht, echt “bumpy”volgens het vogelboek. Slaan rechtsaf de EX 100 op om na het dorp Puebla de Obando weer rechtsaf naar de BA 157 te gaan. Overal bloeit de stekelbrem al uitbundig. Net als de paarse hei.

Onderweg nog veel monniksgieren.  Bij het dorp Villar del Rey nemen we de EX 325. Stoppen bij de Rivera del Sansustre, maar zien niets bijzonders.

 

Doen in Cáceres nog boodschappen bij de Lidl. Terug op de camping zien we dat ons kleine landje weer groot is bij het schaatsen. Drie keer een madaille op de 500 meter! Wat een klasse. Verder genoten van de zon, ook al is het wel koud.

 

Dinsdag 11 februari: 

We vertrekken omdat het maar niet wil ophouden met regenen. Het blijft maar stormen en het is ook koud. Nemen de EX 206. Met mooi weer zeker een mooie weg om te rijden. Komen uit bij Miajadas  waar we weer een stukje autoweg krijgen. Bij Ruecas gaan we naar de N430. We rijden door rijstvelden en op de stoppelvelden staan honderden kraanvogels.

 

Onder de steeneiken staan veel  koppels te schuilen. Zelfs de Río Guadiana is op veel plaatsen buiten zijn oevers getreden en soms wel vijf banen breed! Op veel plaatsen staan de velden blank.

 

Via Ciudad Real, waar we boodschappen doen, en de A 43 vervolgen we onze weg naar het Parque Nacional Las Tablas de Damiel .Hier kunnen we overnachten . Het regent nog steeds als we op de parkeerplek een plekje uitzoeken.

Woensdag 12 februari:

Worden gewekt met een klein zonnetje en het geluid van kraanvogels. We lopen de gele route door het park Isla del Pan. Zien twee dodaartjes, meerkoeten, twee hoppen en horen een Iberische specht. Verder is het erg stil.

 

We rijden tot aan de grote weg en nemen de A43. Daar kunnen we lekker opschieten. Bij Tomelloso nemen we de CM 400 richting Satuélamos. We rijden constant op een hoogte tussen de 700 en 1000 meter. Op de vlaktes zien we veel grote groepen eksters.  Ook enkele groepjes met rode patrijzen.

 

De grond wordt overal waar maar kan bewerkt en zodoende blijft er voor de flora en fauna niet veel over. Bij Albaceta rijden we naar Almansa. De zon komt steeds meer door en het wordt lekker warm in de auto. Bij Almansa gaan we rechtsaf naar Yecla. Na 30 km. slaan we linksaf naar de RM A 14. Na vijf km. komen we aan bij een camperplek. We worden vriendelijk welkom geheten door de duitse eigenaar. De plek ligt midden op devlakte en er is weinig te beleven. Er staat een harde koude wind. Alleen uit de wind is het lekker in de zon.

Donderdag 13 februari:

We rijden terug naar de RM 426 en gaan richting Yecla. We gaan 8 km. voor Yecla linksaf en na 500 meter weer linksaf naar een verlaten boerderij. Volgens Johan een goede plek om trappen en hoenders te zien. Maar tot onze teleurstelling is het hele gebied omgeploegd en beplant met graan en olijfbomen en wijnvelden.

 

Geen vogel te zien. Via El Pinós rijden we naar Monóver waar we rechtsaf slaan naar la Romana. Daar is een camperplek van een Nederlander waar we naar toe willen.Daar aangekomen blijkt dat er geen plekje meer is en besluiten we naar El Marjal te rijden bij Crevillent. Het is er heel druk en we krijgen een plekje op het reserveterrein. De prijs is € 16.00 geworden, (twee euro duurder dan in december!) en de spa en fitnes is  niet meer gratis. Ook is het internet door problemen met de mast erg slecht. Dus.. het valt tegen. Hopen dat dit niet de hele terugweg zo wordt.

Vrijdag 14 februari:

Gaan ’s morgens naar El Catral om een fietsenmaker te zoeken die Cock zijn zadel kan repareren. Na veel vragen vinden we een mannetje die fietsen repareert en er een nieuw zadel op zet. Daarna gaan we een kapper zoeken. Die vinden we in een achterafstraatje. Maar we kunnen pas om kwart over zes terecht. Dus terug naar de camping en genieten van een lekker zonnetje. Om vijf uur fietsen we naar El Fondo. Het is er heel erg stil. Zelfs geen flamingo te zien. Alleen een paar slobeenden. Bij het bezoekerscentrum zien we deze keer wel de knobbelmeerkoet.

 

Toch nog een meevaller.

 

Fietsen door naar de kapper, die heel goed snapt wat we willen en ons goed knipt (is in het buitenland wel eens anders geweest!) en daarna naar de Chinees. Dat was een schot in de roos! Was echt heerlijk!

Zaterdag 15 februari:

Vertrekken naar El Campello waar we een plekje op de camperplaats Alicante hebben geboekt. We zijn er al vroeg. Het is een nieuwe plek met toilet en douches en snel wifi. De fransen die het runnen zijn vriendelijk, maar spreken bijna geen engels. Dus dan maar in het spaans. Fietsen ’s middags naar het strand en de haven.

Het is mooi weer en we genieten er heerlijk van.

Zondag 16 februari:

Gaan weer naar het strand met de fiets en willen nu de andere kant verkennen. Jammer dat er geen fietspad langs de boulevard is. Al gauw kunnen we niet verder en moeten we lopen. Bij het strand van Muchavista gaan we weer terug, ook al omdat we het schaatsen niet willen missen.

 

Het is weer prachtig weer. Wat een succes bij het schaatsen voor de dames op de 1500 meter. Knap hoor!

Maandag 17 januari:

Gaan met de tram naar Alicante. Voor € 1.45 stappen we 15 haltes verder bij El Mercado uit. Het is zwaar bewolkt vandaag en 15 graden. We lopen eerst naar de Ramblas. Een schitterende boulevard met een ingelegd patroon van kleine tegeltjes met aan weerskanten hoge palmen.

 

Lopen langs de haven naar de lift van Castillo de Santa Bárbara. Daar kunnen we als gepensioneerden gratis naar binnen. Boven heb je een schitterend uitzicht over de stad. Het is het symbool van Alicante. Op een hoogte van 166 meter liggen de restanten uit het bronzen tijdperk.

 

 

Lopen nog door de wijk Santa Cruz met zijn smalle straatjes en hoge huizen met gietijzeren balkonnetjes.

 

Ook bezoeken we de Concatedral de San Nicolás de Bari

 

en de Basílica de Santa María. Dichtbij de tramhalte bevindt zich de Mercado,

 

maar die is jammer genoeg dicht. Zijn blij als we kunnen uitrusten in de tram. Valt ook wel niet mee om zo lang te lopen.

 

Dinsdag 18 en woensdag 19 februari:

Blijven nog op deze camperplek. Het weer is prima. We lezen, zitten heerlijk buiten en gaan af en toe naar het strand. Wat wil een mens nog meer!

Donderdag  20,vrijdag 21 en zaterdag 22 februari:

Rijden richting  Calpe via de N 332. We hebben gereserveerd op de Odissea Motorhome Camperplaats.We hebben zicht op de rots Penyal d’Ifac,

 

waar Calpe om bekend staat. Het is erg druk op de camperplek. De plaatsen zijn klein en je hebt niet veel zon. Zeker niet als je zo’n joekel voor je hebt staan. Maar ja. De omgeving is prima. Dichtbij de supermarkten, een Lidl, Aldi en Mercadona. Vijf minuten van het strand met natuurlijk veel eettentjes. En met een heerlijk zonnetje komen wij de komende drie dagen wel door.

 Zondag 23 februari:

Gaan vandaag naar Alqueria de la Comtessa. De camperplek is netjes met verharde plaatsen. Er staan veel nederlanders en belgen en we worden hartelijk ontvangen. Er zijn toiletten en douches en stroom. En dat voor € 10.00. De zon schijnt uitbundig en voorlopig is het goed toeven voor ons campertje. ’s Middags fietsen we naar het strand en komen uit bij El Piles, een klein plaatsje met een boulevard en smal maar schoon strand.

 

Je kunt goed zien  dat het hier niet toeristisch is. Er is slechts één bar aan het strand en daar betaal je veel meer voor een wijntje dan elders. De wind is stevig en nog steeds erg fris. Maar je kunt niet alles hebben, het is per slot van rekening ook hier winter!

Maandag 24 februari:

Na de koffie fietsen we via het fietspad naar Gandía. Dwars door de sinaasappelvelden is het zo’n zes kilometer naar het centrum. Bij het station zetten we de fietsen neer en lopen door de Carrer Mayor. Opvallend veel chique modewinkels en heel veel leeg staande panden. Ook hier zie je de gevolgen van de crisis.Komen uit bij de Saint Mary’s Collegiate Church.

 

Dit is een voorbeeld van de Catalaans-Aragonisch  gotische stijl. Aan weerskanten van het schip bevinden zich verschillende kapelletjes en de kerk werd gebouwd tussen de 14e en 16e eeuw. Het gemeentehuis is gebouwd  rond 1778. We lopen door kleine straatjes en komen uit bij een plein met een vloer die lijkt op de Ramblas in Alicante.

 

We lopen nog een stukje de brug op over de Riu Sepis, die helemaal droog is. Lopen langs het Palau Sant Duc weer terug naar de fietsen. Rijden verder richting strand en haven. Zover je kunt kijken alleen maar hotels en appartementen. Wat moet het hier in de zomer een gekkenhuis zijn. Gaan op weg naar La Marjal, een binnenmeer. Er staat echter alleen maar riet en geen water te zien, dus ook geen vogels. Jammer! Dan maar weer terug.Komen nog langs een school waar de kinderen allemaal in stofjasssen lopen. Hier geen last van merkkleding jalouzie.

 

Gelukkig komt de zon af en toe  weer te voorschijn en is het niet zo koud meer.

Dinsdag 25 februari:

Vandaag fietsen we de andere kant op richting Oliva. Nu met een extra fleece omdat de wind ons gisteren parten speelde. We gaan weer dwars door de sinaasappelvelden en komen uit in de stad. We gaan eerst naar het strand. Bij de pier zien we enkele zwartkopmeeuwen. Fietsen de ecoroute en komen langs kleine riviertjes. Slechts een gele kwik valt ons ten deel. Terug in de stad drinken we een lekker kopje koffie en dan fietsen we weer terug naar de camper.

 

 

 

 

 

 

 

Woensdag 26 februari:

Rijden  via Almoines naar de CV 60. Het berglandschap is erg mooi. Jammer dat elk stukje grond dat bewerkt kan worden ook bewerkt is. De amandel-en perzikbomen bloeien nog.

 

Na  Montaverrier komen er meer wijngaarden. Als we de autoweg verlaten moeten we meteen flink klimmen. De wegen worden smaller.

 

Na twee heftige bergen komen we bij een SRV camping in Chella. We worden welkom geheten door Loes en krijgen de nodige informatie. Maar we realiseren ons dat fietsen en wandelen hier  voor ons niet mogelijk is. Er is verder niets te doen. We verkennen te voet de omgeving.

 

Alleen maar sinaasappel- en olijfbomen. Voor een nachtje is het prima. Morgen maar weer verder.

Donderdag 27 februari:  

Rijden terug naar de A7 en gaan richting Valéncia. Nemen de afslag naar Sagunto. Neem richting El Port de Sagunto, de V23. Rechtsaf de CV 309 op en bij het bord EAC d.i. Centre d ‘Educació Ambiental de la Comunitat Valenciana, rechtsaf slaan. Bij het informatiecentrum weet niemand iets af van de lagunes laat staan van de vogels die er moeten voorkomen.  Een medewerker heeft op internet Marjal del Moro voor ons opgezocht en zo kon hij ons uitleggen dat we bij de juiste plek waren. Hij wees ons het pad dat we konden lopen.  Boven op een platform zagen we dat er maar twee kleine lagunes met water gevuld waren.

 

Behalve een torenvalk en enkele bruine kiekendieven is er niets te zien. We horen van een voorbijganger dat er alleen bij Pucol nog twee lagunes zijn met water. Behalve flamingo’s is daar nu ook niet meer te zien. Alle moeite dus voor niets. Jammer! We rijden naar Moncofa en vinden een plekje op de camping Mon  Mar. We fietsen nog even naar het verlaten strand en naar het centrum. Het is bewolkt en er staat weer een stevige frisse wind.

Vrijdag 28 februari:

Als de was bijna droog is komt Cock met het idee om door te rijden naar Peníscola. In Moncofa  is toch niets te beleven dus dat doen we. Via de snelweg zijn we er al om een uur. We vinden een mooi plekje. Jammer dat het hier wel héél hard waait en ook nog af en toe een beetje regent. De temperatuur is wel hoger dan gisteren. Ook schijnt af en toe de zon.

Zaterdag 1 maart:

Fietsen naar Benicarlo om boodschappen te doen. Het waait weer hard en het is erg fris. We zijn  net weer terug bij de camper of het begint weer te regenen. Dan gaan we maar heerlijk lezen en van her schaatsen genieten.

Zondag 2 maart:

We slapen slecht door het voortdurende geblaf van honden. Gelukkig  maken de vele  europese kanaries  veel goed.

 

Vertrekken vandaag naar de Ebro- Delta. Het is bewolkt met af en toe een beetje zon. De camperplek bij restaurant Casa de Fusta is aardig vol. Het is tenslotte zondag en dan gaan veel spanjaarden met hun familie uit. Fietsen een rondje om het meer met een heerlijk zonnetje.

 

Zien veel flamingo’s, zwarte ibissen en kemphanen.

 

In Poble Nou nemen we een terrasje. Dit is een gezellig dorpje. Terug op de camperplaats ontmoeten we een echtpaar uit Doetichem en drinken samen  gezellig een wijntje. Het klikt erg  goed. Wat wil je als je dezelfde buscamper bezit.

Maandag 3 maart:

Vannacht heeft het flink gestormd. De camper schudde en kraakte. We hebben daardoor slecht geslapen. De lucht is erg donker en het ziet er niet goed uit. We besluiten te vertrekken naar Mataró. Onderweg heeft Cock met rijden heel veel last van windvlagen. Gelukkig is het wel droog en schijnt de zon. Vinden een mooi plekje op de prima camping. Wandelen nog een flink stuk langs de spoorlijn.

Dinsdag 4 maart:

Gaan vandaag met de bus van de camping naar Barcelona.  Wel heel relaxed met z’n allen met een grote bus en nog gratis ook! Zijn om tien uur op de Ramblas. Als we uitstappen waait er een harde koude wind. Beginnen maar meteen met koffie. Hebben bedacht dat we vandaag zelf een route samenstellen met verschillende markten die we willen bezoeken. De eerste markt ligt aan de Ramblas de Mercat de Bouqueria.

 

 

Via Paza Reial lopen we richting Port Vell,de Mirador de Colom en Palau de Mar naar de Mercat Barceloneta. Dit is een kleine markt met groente, vis en vlees. Gaan door het Parc de la Barceloneta. Dit stelt weinig voor. We lopen weer terug. We komen langs de Antic Mercat del Born.

 

Dit is een modern gebouw van gietijzer waar binnen de 17e eeuwse opgravingen van het oude Barcelona te zien zijn . Bezoeken Església de Santa Maria de Mar. Na de Mercat de Santa Catharina bewonderen we het aparte gebouw van het Palau de la Música Catalana.

 

 

Gaan verder naar de volgende markt de Mercat de la Concepció. Hier ook weer een kleine markt met vlees, vis en groente. Op de terugweg wandelen we langs het Casa Batló van Gaudi  en daarnaast Casa Amatiler. Via de Plaza de Cataluna lopen we terug naar de Ramblas.

 

 

De bus komt ons pas om zes uur halen en dus moeten we nog een paar uur zoet brengen. Ondertussen zijn we wel erg moe van al het lopen en jammer genoeg heeft de zon het laten afweten en is er een harde koude wind op komen zetten. Maar we hebben een super leuke dag gehad.

Woensdag 5 maart:   

Rijden vandaag flink door om de camperplaats bij Platja d’Aro aan te doen. Hebben prachtig weer onderweg en genieten er ook nog van op de camperplek.

Donderdag 6 maart:

Rijden door naar Frankrijk en brengen een bezoek aan de Crau. We turen de vlakte af met de telescoop en krijgen veel grielen in beeld. Echter géén trappen. Er zijn wel al veel vervelende muggen en tegen de tijd dat de zon onder gaat besluiten we naar de camperplek in St. Martin te gaan om te overnachten.

Vrijdag 7 maart:

Over allerlei kleine weggetjes rijden we door het franse platteland. De zon schijnt uitbundig en het is genieten geblazen. We rijden naar de camperplek van het dorpje la Chapelle de Guinchay. Het is er lekker rustig als we aankomen. ’s Avonds komt de mobiele pizzaboer langs en dat kunnen we niet weerstaan. De pizza is heerlijk!!

Zaterdag 8 maart:

Het franse platteland is eindeloos groot dat ervaren we vandaag weer. We rijden over de mooiste kleine landweggetjes en komen door de kleinste franse dorpjes. Sommige dorpjes zijn  erg mooi, sommige vreselijk  verwaarloosd. We rijden het laatste stuk door het bos. De zon schijnt tussen de  dennentakken door. Een geweldige rit ook weer vandaag. We komen aan bij het dorpje Bulgneville waar een camperplek is. Het is nog rustig als we om vier uur arriveren. ’s Avonds wordt het echter heel druk en rumoerig.

Zondag 9 maart:

Via Luxemburg gaan we naar Duitsland en wel naar Saarburg waar natuurlijk weer een camperplaats te vinden is. Ook hier, aan de rivier de Saar, vinden we een schitterend plaatsje aan het water. ’s Middags fietsen we naar het dorpje waar het ontzettend druk is . Het is een oud stadje met een waterval en een kasteel.

 

Er is ook een kabelbaan de berg op waar je een schitterend uitzicht hebt over de omgeving. Onder het genot van een wijntje genieten we van een heerlijk zonnetje.

Maandag 10 maart:

Maken vandaag een fietstocht langs de Saar richting Konz. We hebben al weer schitterend weer. De wind is nog fris. Als we in Konz aankomen gaan we op zoek naar het centrum. Dat valt erg tegen. Er is alleen een Kaufhof en verder niets moois te zien. Dan maar weer terug naar de camping. De fietstocht is in ieder geval zeer de moeite waard.

Dinsdag 11 maart: 

Gaan weer verder en wel naar Nettersheim waar een camperplek is in het bos bij een  bezoekers-centrum. De camperplek is heel mooi met alle faciliteiten alleen geen water. We zitten midden in de Eifel dus is fietsen niet echt een optie. We wandelen naar het dorp en drinken koffie bij de plaatse-lijke bakker. Cock neemt iets bij de koffie en moet tot zijn grote verbazing veertig cent extra betalen voor het lekkers dat hij bij de koffie wil! Dit hebben we nog nooit meegemaakt. Veertig cent op een gebakje van € 1.20!!!!!De koffie smaakt gelukkig wel lekker. We lopen langs het bezoekerscentrum. Ziet er erg mooi uit. Maar je moet ook daar betalen om de tentoonstelling te zien. Raar dorp!

Woensdag 12 maart:

Gaan weer een stukje verder en wel naar Düren. We vinden weer een mooie camperplek waar het erg rustig is. Met een heerlijk zonnetje en een temperatuur van wel achttien graden fietsen we langs de Roer en zien een paartje middelste zaagbek, dodaartjes, kuifeenden ,canadese ganzen en krakeenden. Heerlijk zo’n tocht langs een schitterende rivier. We komen uit in het stadje Jülich. Daar zien we de oude Hexenturm met twee mooie torens. We slenteren door het centrum. De terugtocht gaat langs dorpjes met veel vakwerkhuizen.

 


Template design by Leonard