Vrijdag 1 augustus:
Om half zes staan we op en om zes uur zijn we bij de ferry. Om zeven uur gaan we varen. We maken de oversteek met de Aurora. Het is bewolkt, maar de zee is als een spiegel. We varen langs de olieterminal van Valdez. Al gauw zien we alleen maar bergen met gletchers. de een nog groter dan de andere. Wat een ijsmassa's zijn er hier

 

De kleuren zijn geweldig. De uitlopers komen uit in watervallen die naar beneden storten. Onderweg zien we dolfijnen, veel humback wales, zeeotters (die vijftien jaar geleden voor onze neus in de haven heerlijk op hun rug lagen te dobberen) en drieteen meeuwen.

 

We varen tot half een en dan doen we de haven van Whittiers aan. Als we van de ferry af zijn moeten we door een treintunnel van wel tien kilometer. De tunnel is heel smal en aardig donker en je rijdt over de rails. Een hele aparte ervaring!

 

We gaan nog een stuk wandelen in de Portage Valley. Daar moeten de zalmen nu te zien zijn, maar helaas  ze zijn er nog niet. We vinden een camping aan de Sterling Highway bij de Cooper Creek. Er is nog een plekje over. Dat is nog eens boffen. We maken er een rustige avond van met een heerlijk kampvuurtje. Want dat vroege opstaan ga je wel voelen.We worden ook een dagje ouder!!
Zaterdag 2 augustus:  


Het is weer mooi weer! We boffen wel de laatste tijd.Laten we hopen dat het zo blijft. We gaan weer verder de Sterling Highway op. Het is best druk. We volgen de Kenai River, die heel blauw water heeft. Echt onnatuurlijk! Maar wel prachtig. Onderweg zien we steeds de schitterende toppen van de Chigmit Mountains.

 

Ze zijn helemaal bedekt met sneeuw. Indrukwekkend om te zien. We stoppen regelmatig. Je kunt wel foto's blijven schieten!

 

Als we in Homer aankomen gaan we eerst naar het Islands & Ocean Visitor Center.Daar krijgen we de nodige informatie over enkele hotspot birding points. Ook informatie over wildlife-tours. De man achter de balie belt voor ons en we maken een afspraak voor maandag 4 augustus. We bekijken het bald eagle nest langs de weg, waar een jong heerlijk zit te smullen van een vis die zijn moeder net gebracht heeft.

 

Pa bekijkt alles vanuit een boom op afstand. We rijden de Homer Spit op, de op een na langste landtong ter wereld. Het is er erg druk. Veel campings en andere toeristenattracties. We gaan op de Mariner Park Camping staan voor $ 15.00 en kijken uit over de Cook Inlet, waar we zeeotters en geoorde fuutjes zien zwemmen. Ondertussen is het erg bewolkt geworden en waait het flink. Maar we kunnen nog een flink aantal uurtjes van het uitzicht genieten. Het is hier maar liefst negentien uur licht per dag!
Zondag 3 augustus: 

Het heeft de hele nacht geregend en het is nog steeds niet droog. We gaan eerst naar het visitor center om te internetten. Gaan daarna naar het Beluga Wetland Observation Deck. Als we daar aankomen is het droog en zit een  white-winged crossbill in  een hoge dennenboom uitbundig te zingen.

 

Het is een mooi gekleurd mannetje. Een prachtig gezicht! We kunnen er helaas maar kort van genieten, want de hele groep vliegt al snel weer verder. We zien ver weg nog een paartje trompetterzwanen met jong. We gaan verder de Kachemak Drive af, maar daar is niets te zien. Rijden door naar de East End Road, maar keren na een zeer slecht stuk gravel om om de Sky Line Drive op te gaan om Homer en de Homer Spit van boven te bekijken. Onderweg zien we twee sandhill cranes overvliegen. We rijden terug naar de camping van gisteren en gaan op hetzelfde plekje van gisteren staan. Ondertussen is het weer opgeknapt en genieten we van het uitzicht op het water. Het is in de lucht erg druk met vliegtuigjes die af en aan vliegen. We zien nog een zeeotter langs komen die lekker op zijn rug ligt.


Maandag 4 augustus:
Het is weer bewolkt en we twijfelen of de excursie die we geboekt hebben wel door zal gaan. We rijden naar het einde van de Spit en zien dat de gele watertaxi aan komt varen.En ja hoor we vertrekken met acht volwassenen en twee kinderen. Gelukkig wordt het hele gezelschap, op ons tweetjes na, aan de overkant aan wal gezet. Daarna hebben wij het rijk alleen en zorgt de eigenaar van de boot dat we, ondanks het steeds slechter wordende weer, dat we een onvergetelijke trip hebben. We varen naar Gull Island, waar we de tufted en de horned puffin te zien krijgen.

 

 

Verder  zitten er aalscholvers, drieteen meeuwen, pigeon guillemots en koeten. Hij legt de boot stil bij rondzwemmende visotters. We krijgen zelfs een vader en moeder otter met  pup dichtbij.Wat een schattig gezicht als moeder otter de kleine omhelst! We varen naar een aantal stormvogels.

 

(shearwaters)nl. de vale en de kortstaart stormvogel( de short-tailed en de sooty shearwaters). Onderweg zwemmen ook marbled en kittlitz murrelets.

 

 

Jammer dat het steeds harder gaat regenen, maar ja we hebben al heel wat moois gezien. Na drie uur varen we weer naar Homer terug. We rijden zo'n 85 kilometer door en stoppen bij Clam Gulch, een state park waar het heel stil is en we maar 10 dollar hoeven te betalen. Gelukkig knapt het weer later op de avond op. Hopelijk is het morgen weer beter.
Dinsdag 5 augustus:
We beginnen de dag met een klein zonnetje en veel wolken. Maar het is droog en dat is het belangrijkste.We rijden de Sterling Highway af tot de splitsing naar Kenai. We zien al gauw een elandkoe langs de weg. Jammer genoeg blijft het daar bij. De weg gaat langs de Cook Inlet, maar door de bomen zien we daar niets van en als we een weggetje naar rechts  nemen dan is dat een pad vol kuilen. We komen uit bij Soldotna en doen daar boodschappen. Rijden verder we langs de azuurblauwe Kenai River en slaan dan af naar Seward. Daar vinden we een mooi plekje aan het Waterfront. We kijken uit op twee gletchers en voor ons in het water liggen wel acht visotters op hun rug.

 

De boten die het Kenai Fjords National Park bezoeken varen af en aan. Morgen gaan wij ook zo'n boottocht maken. Hopen dat het weer een beetje meewerkt.
Woensdag 6 augustus:
En.. het weer werkte mee! We vertrokken vanaf de haven in Seward om tien uur met de katamaran van de Kenai Fjords tour richting Resurrection Bay in de Golf van Alaska met als verste punt de Aialik Glacier.We hebben een fantastische dag gehad met mooi weer, een gladde zee en heel veel gezien. Om te beginnen met de vele gletchers, de een nog mooier en groter dan de andere. Jeetje, wat een pracht! We hebben het gedonder van de vele tonnen ijs gehoord die in zee stortten.

 

En dan de dieren! Twee soorten zeeleeuwen, nl. de steller en de harbour sea lion.

 

 

De springende dolfijnen nl. de Dall's porpoises, die soms onder de boot doorzwommen. De vele humback walvissen, wel vijftien.

 

Een grote groep zeeotters die niet in paniek raakten van onze boot, maar heerlijk lagen te keuvelen met z'n allen. En dan de vogels: de grauwe stormvogel en de dunbek stormvogel( sooty en short-tailed shearwater), fork-tailed storm-petrel, de stormmeeuw (de mew gull), de duifzeekoet(pigeon guillemot),

 

de marbled en kittlitz's murrelet, de papegaaialk en de neushoornalk( rhinoceros en parakeet auklet), de zeekoet( common murre) en de horned en tufted puffin.

 

In het blauwgroene water zag je grote groepen kwallen zwemmen.

 

Op de rotsen oranje en grijze zeesterren.

  We kregen een lunch aan boord geserveerd en een buffet diner op Fox Island in een lodge.Bij het meer zien we een moeder rivierotter met drie jongen! Alles geweldig verzorgd en lekker. Een kapitein die alles met de nodige humor kon uitleggen en niet te beroerd was om het iedereen naar de zin te maken en te stoppen waar we maar wilden. Het was een onvergetelijke dag waar we nog lang van nagenieten.
Donderdag 7 augustus:

Wat hebben we gisteren geboft! Vandaag regent het de hele dag en het houdt maar niet op! We blijven nog maar een dagje hier en gaan naar de wasserette, waar ze goede koffie en internet hebben. In de haven maakt Cock nog een foto van de bering meeuw( glacous-winged gull).Ook worden hier veel zalmen schoongemaakt.


Vrijdag 8 augustus:
Het regent nog steeds en niet zo zachtjes ook! We vertrekken uit Seward en gaan richting Anchorage. Onderweg bij mile 34.4 lopen we naar de rivier ( het is even droog)en daar zwemmen tientallen rode zalmen tegen het water van de rivier in. Wat een mooi gezicht! Jammer dat er geen beer te zien is.

 

Zeker hun buik al vol! Het is best druk op de Seward Highway.We komen langs de Turnagain Arm, een inham van de Cook Inlet. Het is eb, dus weinig vogels te zien. De beluga walvissen,die hier moeten zijn, laten zich ook niet zien. Bij de Potter Marsh zien we een roodhals fuut eneen pintail duck. In Anchorage gaan we naar de Camera Repair, maar die kunnen het lensprobleem niet oplossen. We rijden verder en vinden na Wasilla aan de Big Lake Road een state park. We maken kennis met een stel uit Zwitserland en drinken samen een wijntje.
Zaterdag 9 augustus:
We gaan de George Parks Highway weer op en het regent nog steeds. Bij Gigglewood Inn nemen we de afslag. De weg is gelukkig geasfalteerd, maar buiten mooie rode besjes zien we niets.

 

Weer verder zien we bij het plaatsje Willow de toppen van Denali in de zon liggen.Bij Talkeetna Junction gaan we naar de visitors information en daar horen we dat  Denali aan de andere kant van de bergen ligt en vaak beter weer heeft. En inderdaad even later schijnt de zon! Bij mile 135 is View Point South en daar hebben we goed zicht op de schitterende toppen van de Alaska Range met als hoogste berg de Mount Mc Kinley met een hoogte van 6.194 meter

 

.Deze berg werd genoemd naar de amerikaanse president in 1896. Echter de locals noemden de berg Denali, wat de hoogste of de grootste  betekent.  Bij View Point North op mile 165 bewonderen we de toppen nog een keer. We besluiten om door te rijden en voor het Denali  Nationale Park  een camping te zoeken en dan in het park de shuttlebus voor morgen vast te leggen.

 

Dat lukt allemaal. We kopen nog brood voor morgen. Wel erg duur $6.99!! En daarna gaan we lekker in de zon op de camping Denali Grizzly Bear Campground zitten.
Zondag 10 augustus:
Met een lunchpakket op zak nemen we de shuttlebus van negen uur door het |Denali National Park. De bus is helemaal vol en na de nodige uitleg van de chauffeur vertrekken we vanaf Wilderness Access Center. We rijden de Park Road op om over vier uur bij mile 66 het Eielson Visitor Center aan te komen. Onderweg stoppen we een aantal keren en als er wildlife te zien is ook! We hebben schiitterend weer. De zon schijnt uitbundig. Volgens de buschauffeur horen we tot de 35% mensen die de Mount Mc Kinley

 

zo mooi hebben gezien zoals wij hem vandaag gaan zien. Onderweg zien we als eerste een aantal caribous.

 

En al gauw gevolgd door een elandkoe.Daarna de fantastische beelden van de hoogste berg van Noord Amerika . Ook de andere toppen van de Alaska Range liggen er in de zon prachtig bij.

 

Al gauw zien we bij een stopplaats de eerste bruine beer (grizzly). Een duidelijk groter dier dan de zwarte beer.

 

Er volgen er over de hele tocht gezien nog acht waaronder een aantal met jongen.

 

Ook de caribous nemen in aantal toe. We zien er meer dan tien. Bij het bezoekerscentrum lopen we een trail en zien de witte gentiaan in bloei.

 

Het is duidelijk dat de tundra een aantal specifieke planten voorbrengt. Ze hebben het duidelijk moeilijk onder deze  zware omstandigheden. We zijn om vijf uur weer terug bij de camper en hebben genoten van het Denali National  Park . We rijden weer terug naar de camping en nemen een wijntje op weer een geslaagde dag.
Maandag 11 augustus:
Willen vandaag de Denali Highway gaan rijden. Dat is een gravelweg van 230 kilometer. we hebben daar goede herinneringen aan van de eerste keer dat we in Alaska waren. Toen hebben we er heel veel wildlife gezien. Het druppelt een beetje als we weg gaan.

 

De eerste vijf kilometer is asfalt en daarna valt de gravelweg erg mee. Als we echter zo'n dertig kilometer onderweg zijn begint het hard te regenen en wordt de weg glad. We stoppen om koffie te drinken en besluiten dan om toch maar om te keren en richting Fairbanks te gaan. Op de weg naar Fairbanks zijn veel wegwerkzaamheden en soms moeten we lang wachten en over hele stukken gravel rijden. Maar het regent niet meer dus is het een ander verhaal. Hoe dichter we bij Fairbanks komen hoe mooier het weer wordt.Het wordt zelfs erg warm!! We rijden naar Creamer's Field waar , als we geluk hebben, de eerste kraanvogels zich verzameld hebben na de zomer in Noord Alaska te hebben doorgebracht. En ja hoor! We zien honderden canadeese kraanvogels (sandhill cranes).

 

 

Verder zijn er veel canadeese  ganzen en kolganzen.Verder zien we nog wat plantjes en een paddestoel.

 

 

We doen nog boodschappen bij de Walmart en zoeken de schaduw op van het Chena River State Park.
Dinsdag 12 augustus:    

Het regent al enkele uren. De lucht is helemaal grijs, dus voorlopig zal het niet ophouden. We rijden nog even naar Creamer's Field om de kraanvogels te zien, maar door de regen is fotograferen niet mogelijk.

 

We rijden de Richardson Highway op richting Delta Junction.Eerst passeren we het plaatsje North Pole, waar Santa Claus gehuisvest is. Onderweg komen we langs de Tatana River, een grootse rivier die wel een kilometer breed is. Hij meandert langs de highway. Op de Eielson Air Force Base zien we de modernste straaljagers en vrachtvliegtuigen staan.

 

Bij Delta Junction rijden we richting Clearwater State Park. Hier vinden we een mooi plekje aan een snelstromende zeer heldere rivier.
woensdag 13 augustus:
Het regent alweer. We vertrekken van het State park richting Delta Junction en dan gaan we de Alaska Highway op naar Tok. De weg is saai. Er is niets van wildlife te zien, alleen maar bomen, rivieren en meren.Bij Tanacross gaan we naar het Moon Lake State Park om daar te lunchen. Het weer is inmiddels opgeknapt en af en toe schijnt zelfs de zon. Als we bij het meer aankomen ziet Cock twee pacific loons in het water.

 

Hij gaat ze meteen vastleggen. Maar goed ook want even later komen er twee campers met drukpratende fransen en weg zijn  de loons. Maar omdat het park erg mooi is en het plekje prachtig aan het meer ligt besluiten we te blijven met de hoop de loons nogmaals te zien. 's Middags gaan de fransen gelukkig weer weg. Even later komt er een joekel van een camper ,met auto erachter, naast ons staan. Nog geen uur later zitten we gezellig met dit amerikaanse stel te kletsen en dat doen we de hele avond, slechts onderbroken door het avondeten. We maken een kampvuur en het is goed toeven hier.De amerikanen trakteren ons op marshmellows op z'n amerikaans! Dat gaat als volgt: rooster een marshmellow. Neem twee crackers en een plakje Lindt chocolade. Doe de marshmellow tussen de crackers en knijp het achterste gedeelte samen zodat de marshmellow van de stok af gaat. Eet smakelijk! Ze noemen ze 's more!

 

Pas heel laat komen de loons weer terug, maar van een foto maken komt dan niets meer terecht. Maar wachten tot morgen.
Donderdag 14 augustus:
Al vroeg zijn de buurman en Cock bij het meer om de loons te fotograferen. Ze zitten wel steeds erg ver weg. Daarna gaan weer de Alaska Highway op richting Tok om daar de auto te wassen en boodschappen te doen. De weg is goed tot aan de grens bij Beaver Creek. Onderweg zien we een eland, zes trompetterzwanen

 

een goep jonge buffelhead eenden.We komen zonder controle de grens over. Daarna wordt de weg dramatisch slecht. Hele stukken gravel met de nodige stofwolken. Ook moeten we een heel stuk achter de pilotcar aan. De waterwagen heeft alles natgespoten wat het wegdek erg modderig maakt. Weg schone camper!! Hij is weer even vies als vanochtend. Maar ja niets aan te doen. We gaan naar het Lake Creek State Park om te overnachten. En ja hoor, daar staan onze buren van gisteren. Stevemaakt 's avonds een kampvuur klaar en we buurten gezellig.
Vrijdag 15 augustus:
Vanochtend is het weer zonnig en vervolgen we onze weg over de Alaska Higway. Na de slechte weg van gisteren valt de weg van vandaag wel mee, alhoewel er nog veel gaten en slecht gerepareerde stukken in voorkomen. We zoeken een plekje op op de Dongdon Creek campground. Hier waren we op de heenweg ook al. Het plekje is prima aan het Kluane Lake.

 

De wind is een ander verhaal. Er zijn witte koppen op het water zo hard waait het. De camper staat af en toe te schudden. Jammer, want het is hier prachtig. Maar nu is het ook nog erg fris.
 

Zaterdag 16 augustus:
Het is droog en de wind is een beetje gaan liggen. Het is wel heel erg bewolkt. We rijden de Alaska Highway verder af richting Haines Junction. Daar gaan we naar het Visitors Center om te internetten. Daarna naar de bakker en verder de Haines Highway op richting Haines. Bij het State Park van Five Million Falls rijden we het terrein op en lopen naar de waterval. Het water stroomt hard door de canyon.

 

De omgeving is heel mooi met al de nodige paddestoelen. De herfst kleurt de blaadjes van sommige bomen al helemaal geel. Cock vindt het veel te vroeg om bij dit State Park  al te gaan staan dus rijden we door. We gaan eerst de canadese en daarna de amerikaanse grens over en dat gaat gesmeerd. We rijden over een pas en zien zes Dall Sheep.De toendra is prachtig, heel glooiend en met veel rendiermos bedekt.

 

Jammer dat het af en toe zo hard regent.We komen bij het Chilkat Bald Eagle Preserve. Het regent nog steeds. We zien maar drie amerikaanse zeearenden. Bij de haven ziet Cock een grote groep bril zee-eenden(surf scoters).We rijden door naar de Salmon Run Campground en vinden daar een plekje met uitzicht op het water. Hopelijk is het weer morgen beter.
Zondag 17 augustus:
Het regende de hele nacht en ook nu houdt het niet op. We horen van de buren dat er gisteravond een grizzlybeer op de camping liep. Jammer dat we hem niet hebben gezien! We gaan naar het dorp om een andere camping te zoeken. We zaten op deze camping tien kilometer uit het dorp vandaan en zo best was het er niet. We vinden er een net buiten het dorp en de plekken zijn heel veel beter. We staan op gras, met water, stroom en afvoer en wifi. En nog goedkoper ook!! Gisteren moesten we voor de douches drie dollar extra betalen samen $ 41.00 en nu is alles inclusief  en met korting van Good Sam voor $ 36.00. Zeker met dit weer een goede keuze. We rijden 's middags richting State Park. Daar is een plek in de rivier waar ze de zalmen tellen. Er wordt veel gevist en regelmatig komen hier beren hun maaltje halen. Wij zien er geen een. Als we weer terug op de camping zijn komen onze amerikaanse vrienden langs. We doen gezellig een kopje koffie.
Maandag 18 augustus:
Het is droog, maar bewolkt. Tegen de middag rijden we naar de Haines Packing Compagny. Hier moet je het proces van het inblikken van zalm kunnen zien. Ook wordt hier de zalm ingevroren en vacuum getrokken. Maar wij zien van dit alles niets.

 

Er is niemand aan het werk. We snappen er niets van. Het ziet er heel oud en ouderwets uit. We missen hier niets denken we. Aan de oever van het water zit een paartje amerikaanse zeearenden met twee jongen.Onderweg zien we nog een jong op een steen.

 

Die blijft wonder boven wonder zitten als we met de camper dichtbij komen. De surf scoters zitten nog op dezelfde plek. Als  je dichtbij komt duiken ze allemaal onder en komen ze heel ver weg weer boven. Ook zitten er maar weinig mannetjes bij. Op de 25 vrouwtjes slechts een mannetje!

 

Ook zit er een white-winged scoter tussen.

 

We rijden een rondje door Haines en gaan terug naar de camping, waar ondertussen de zon zich af en toe laat zien. Heerlijk!Om zeven uur  sprint een moeder grizzly met twee jongen langs de camping op nog geen 10 meter van onze camper.

Dinsdag 19 en woensdag 20 augustus:
Het is mooi weer en we verkennen de omgeving van Haines. Overal zien we bald eagles. Soms ver af en soms wat dichterbij.

 

Op de bergen zien we met behulp van de telescoop enkele mountain goats.Ook de surf scoters blijven interessant en het fotograferen waard. Op woensdagavond rijden we nog een keer naar het telpunt en ja hoor de grizzly laat zich goed zien.

 

Dat is toch wel kicken, hoor!
Donderdag 21 augustus:
Vertrekken met de Matamuska Ferry om kwart voor tien uit Haines richting Juneau. Dit is het begin van onze Inside Passage  van de Marine Alaska Highway. Deze route is alleen maar met de ferry te doen. We gaan steeds een stukje varen, soms een paar uur en soms langer,  dan weer enkele dagen van de ferry af om een stad of stadje te bezoeken. Daarna nemen we de draad weer op.We hebben schitterend weer. Er is geen wolkje aan de lucht en de zon schijnt uitbundig.

 

We kunnen lekker op het dek zitten en genieten van de bergen aan weerskanten bedekt met heel veel gletchers. Het water is onnatuurlijk blauw en zo glad als een spiegel.Af en toe varen we langs kleine eilandjes met daarop een  vuurtoren.

 

Als we dichtbij Juneau komen zien we  vier humpback walvissen voorbij zwemmen. Om kwart over twee leggen we aan. We verlaten de ferry .Gaan eerst op zoek naar een camping, maar de aanwijzing op ons kaartje brengt ons niet waar we wezen willen. Uiteindelijk rijden we naar de Mendenhall Lake Forest Campground. Daar vinden we een prachtig plekje aan het meer midden in een met mos begroeid bos. Bij het meer hebben we een prachtig uitzicht op de Mendenhall gletcher.
Vrijdag 22 augustus:
Het is weer goed weer. We gaan eerst een bezoek brengen aan de Mendenhall Glacier. Lopen langs een rivier waar we de rode zalmen zien zwemmen.

 

In een boom zit een stekelvarken (porcupine) die laat zich rustig fotograferen door veel bezoekers.

 

We lopen naar het visitorscenter en bekijken daar een schitterende film over de gletcher. Bewonderen daarna de gletcher zelf.  Het blijft prachtig, ook al hebben we er nu al zoveel gezien. We rijden richting stad. Er liggen vier cruiseschepen in de stad. de een nog groter dan de ander. Wat een fabrieken zijn dat toch! We kunnen nergens parkeren, dus maar omgedraaid. Doen boodschappen, tanken (is $1.20 goedkoper per gallon dan in Haines!!)en bekijken de Macalay Salmon Hatchery. Hier worden de zalmen gekweekt en daarna uitgezet om na vijf jaar als volwassen zalm weer terug te keren. Daarna begint het proces opnieuw. Rijden de Glacier highway verder af naar het noorden. Bij Eagle River is een State Park en daar gaan we overnachten. We zien al gauw tientallen amerikaanse zeearenden aan de kant van de rivier.

 

In de rivier veel springende zalmen. Ernaast liggen veel dode zalmen. Het ruikt af en toe danook niet zo fris. We hebben een schitterend plekje met uitzicht op de Eagle Glacier. 's Avonds gaan we een wandeling maken naar de rivier. Er zitten naast veel volwassen zeearenden ook veel jongen. Opeens duikt er een zwarte beer in de rivier op die op een wel heel gemakkelijke manier de zalm uit de rivier schept. We kunnen hem rustig bekijken. Hij trekt zich niets aan van de paar toekijkende toeristen. Ook zitten er heel veel kraaien en nog meer raven

 

bij de rivier die zoch tegoed doen aan de restanten.
Zaterdag 23 augustus:
Het heeft vannacht geregend, maar na een uur komt de zon er toch weer door en wordt het helemaal blauw. Nu maar hopen dat dat morgen ook het geval is als we weer op de ferry zitten.We willen de weg naar het noorden helemaal afrijden, maar stoppen eerst bij de Eagle Recreation Site. Het is hier schitterend. Er zitten wel dertig amerikaanse zeearenden, jonge en volwassen vogels door elkaar.

 

Ook weer veel raven. De mist is nog aan het optrekken boven het water en tussendoor zie je op elke boomstronk een zeearend zitten. Werkelijk adembenemd mooi. Cock gaat wat dichterbij de waterrand en ziet een groep kleine geelpootruiters (lesser yellowlegs),

 

een aziatische goudplevier (pacific golden plover)

 

en nog een aantal strandlopers. Hierna rijden we verder door een prachtig bos waarin de bomen volhangen met mos. Op de grond staan veel grootbladerige planten. Na veertig mijl kunnen we niet meer verder en gaan we weer terug. Gaan naar de Mac om de website bij te werken. Dat lukt gelukkig. Rijden daarna naar de camping van de eerste dag en genieten nog van het heerlijke zonnetje.
Zondag 24 augustus:
We vertrekken om tien uur met  de ferry richting Sitka. Het regent voortdurend en dus kunnen we niet buiten zitten. Met af en toe een filmpje en een puzzeltje brengen we de tijd door. Jammer van het weer want hoe dichter we bij Sitka komen hoe mooier het wordt.

 

 

 

We varen tussen eilandjes door met alleen maar regenwoud. Zien slechts een humpback wale. Om zeven uur leggen we aan en we rijden naar Japonski Island waar een camperplek vinden aan de haven. Het regent nog steeds!
Maandag 25 augustus:
Brengen eerst een bezoek aan het stadje. Het is een erg toeristisch stadje met veel giftshops. Je ziet het russische verleden aan de spullen die ze verkopen. Veel mamoeska's

 

en zelfs russische kerstspullen! Alle gebouwen zien er wel goed onderhouden uit .Er is een kathedraal in het midden van de stad, een Russian-Orthodox Cathedral.

 

Een replica van het origineel die in 1966 verwoesd werd. Verder verschillende musea. We rijden naar het oosten en komen langs Wale Park. Er zijn op dit moment geen walvissen te zien. Pas over een maand. We rijden tot het einde, waar een bear rescue center is. Hier draaien we en gaan terug. We rijden naar het westen langs de ferry waar we onze reis omboeken  vanwege de weersverwachting. We gaan nu van Sitka naar Ketchikan en dan na een uur of zes door naar Prince Rupert. Met dit weer zie je niets onderweg en kunnen we net zo goed 's nachts varen. Gaan naar de Starrigavan Campground bij de Starrivagan Creek.Een schitterende camping in het regenwoud waar honderden zalmen in de rivier zwemmen.

 

Er is een schitterende boardwalk aangelegd.Vooral indrukwekkend is het mos op de grond en op de takken van de hoge bomen.

 

Dinsdag 26 augustus:
Het was vanochtend even droog, maar daarna begon het weer te regenen. We rijden nogmaals het eiland rond, internetten bij het visitor center en wachten tot we naar de ferry kunnen die om half vijf vertrekt. We hopen dat we een cabin kunnen krijgen zodat we kunnen slapen. Morgen om kwart voor twee zijn we dan in Ketchikan.
Woensdag 27 augustus:
Het regent nog steeds als we aan boord gaan. We vertrekken om kwart voor vijf en we hebben een hut. Wel een vier persoons maar daar zijn we erg blij mee. We hebben goed geslapen. Hebben zelfs niets gemerkt van het aanleggen en weer vertrekken vanaf Petersburg. Het weer is wat opgeknapt. Af en toe is er een beetje blauw in de lucht te zien. Als we bijna bij Ketchikan zijn zien we weer enkelel humpback wales.We gaan om kwart over een de ferry verlaten en rijden naar het zuiden  van het eiland. Het weer is helemaal opgeknapt. De zon schijnt en het is al gauw lekker warm. Rijden door het dorp en zien weer kanjers van cruiseschepen liggen waaronder de Zaandam/Rotterdam.

 

Het oude dorp is op palen gebouwd en de vele juwelierswinkeltjes en giftshops zijn er speciaal voor de gasten van de grote boten. In de etalages liggen veel artikelen van ivoor en bont. Komen langs het Wale Park, maar er zijn  slechts twee walvissen te zien. Wel zien we veel oranje franjepoten en zeekoeten. Rijden naar het noorden en komen bij het Totem Bight State Park. Hier bewaart men oude totempalen die de inlanders hebben achtergelaten en maakt men ze na en restaureert ze.

 

Daarna rijden we naar het Settlers Cove State Park. Een schitterend park aan het water. Hier springen veel zalmen omhoog op het water. Bij de waterval proberen de zalmen tegen de stroom op te komen. Ze zwemmen met tientallen bij elkaar.De meeuwen zitten aan de kant te wachten tot de uitgeputte zalmen worden opgediend. Er zitten zelfs twee waterspreeuwen!!

 

Daarna gaan we naar de ferry die om kwart voor elf zal vertrekken naar Prince Rupert in Canada waar we om kwart over zes 's morgens aankomen.
Donderdag 28 augustus:  
We hebben een kleine hut kunnen krijgen, maar niet veel geslapen. Om half vijf (weer een andere tijdzone!) worden we door de purser gewekt met de mededeling dat we een half uur later in Prince Rupert zullen aanleggen. Alles verloopt vlotjes en we gaan op weg richting Prince George. Het is af en toe flink mistig, maar de zon doet al zijn best om de wolken op te lossen.

 

We rijden langs de Keena River. Dit is een heel brede rivier vol met zalmen.Aan weerskanten hoge bergen soms met een gletcher. Er loopt een spoorbaan naast de weg. Er komt een trein voorbij met meer dan honderdvijftig wagons ieder met twee grote containers!

 

We rijden door  Hazeltons ,waar een vos de straat oversteekt en na Smithers vinden we in Telkwa Village het Tyhee Lake Provincial Park. Daar gaan we overnachten in een schitterend bos.

 

Vrijdag 29 augustus:
Als we wakker worden regent het. We hebben lekker geslapen. Gaan op weg naar Prince George via de 16. Al vroeg zien we een zwarte beer langs de kant van de weg. Bij het Beaumont Provincial Park nemen we even pauze.Volgens de informatie moeten hier vogels zitten en bevers. Zou de tijd weer niet goed zijn of is het iets anders? Wij hebben niets van dat alles gezien. Rijden verder over de 16 naar Vanderhoof. Dit is een dorp gelegen in de Nechako Valley aan de Nechako River.In deze rivier komen wel 20 soorten vissen voor, onder andere de witte steur. Het is het geografische centrum van Britisch Columbia. Herbert Vanderhoof was een schrijver uit Chicago die er een verblijf voor schrijvers en kunstenaars van maakte. Gaan naar het visitorscenter om het adres van het bird sanctuary te vragen. Als we het gevonden hebben komen we bij de Nechako River waar tientallen canadese ganzen zitten.

 

Verder niets!! Er is een nature trail en daar zien we een aantal black-capped chicadees en een paartje american redstart.

 

 

Ondertus

sen is het erg bewolkt geworden en valt er af en toe regen. We rijden naar de Walmart in Prince George om te overnachten. Kopen daar een kant en klare kip met rozemarijn en smullen daar heerlijk van!
Zaterdag 30 augustus:
Nemen na een slechte nachtrust de draad weer op en volgen de 97 naar Vancouver. Het eerste gedeelte laat veel weilanden zien met koeien. Verderop wordt het landschap meer glooiend met veel meren.

 

Als we even stoppen zien we een hele familie kleine spechten.

 

Het is bewolkt met zon. Af en toe een fikse regenbui en dan weer warm, zelfs 19 graden!. We rijden naar het Lac La Hache Provincial Park waar we aan het meer van dezelfde naam een mooi plekje vinden.

Zondag 31 augustus:
Vervolgen onze route op de 97. In 100 Mile House gaan we eerst naar het visitorcenter om te internetten en de site bij te werken. Ernaast is een groot meer waar we twee rallen (virginia rails) enkele meerkoeten

 

en jonge buffelheads op het water zien zwemmen.

 

We gaan de Thompson Okanagan route rijden  via 70 Mile house en Clinton om bij Cache Creek af te slaan richting Kamloops.Het is een schitterende weg met glooiende bergen waarop weinig bomen groeien. Het Kmaloops Lake is ontzettend groot en loopt door het dal tussen de bergen. In het dal wordt veel gras gekweekt om als hooi te bewaren. Die velden worden besproeid en zien er onnatuurlijk groen uit ten opzichte van het dorre gras op de bergen.

 

We gaan in Kamloops naar de 5A, een landschappelijk mooie weg langs onwijs veel meren. In de meren zwemmen veel meerkoeten, jonge buffelheads en jonge dikbekfuutjes. Onderweg zien we een roodstaart havik

 

, amerikaanse torenvalk, yellow-billed blackbird en veel rusty blackbirds.

 

In Merritt zien we een Walmart waar we gaan staan en bij de Boston Pizza gaan we heerlijk uit eten.

Template design by Leonard